Het licht op ‘gaslighting’.

Margot
Vanhollebeke
  • Nora
    Devisscher
  • Lisa
    Muyllaert
  • Omoregie Julie
    Osatohanwen

Wat als iemand uw perceptie van een gebeurtenis in twijfel trekt, terwijl uzelf nog zeer goed weet wat er is gebeurd? Wat als u hierdoor gaat twijfelen aan uzelf?

Hierboven staat beschreven hoe gaslighting kan voorkomen. Dit is een vorm van psychologische manipulatie waardoor iemand gaat twijfelen aan zijn/haar/hun[1] perceptie van een gebeurtenis. In deze bachelorproef onderzoeken wij het bestaan van gaslighting in het secundair onderwijs. Zo willen we een startpunt vormen om dit fenomeen in kaart te brengen en leerkrachten kennis te laten maken met het concept.  

 

De lichtschakelaar op aan

De reden waarom we ons licht laten schijnen op gaslighting, is omdat er een gebrek is aan Nederlandstalig onderzoek naar dit begrip. We doen dit door een literatuurstudie te combineren met eigen onderzoek. In die studie bespreken we de definitie, de herkomst, de technieken, de fases, de doelen, het bestaan ervan in de maatschappij en hoe het aangepakt kan worden. Zo blijkt dat de term ‘gaslighting’ is ontstaan door een film. Een extra reden dus om deze avond naar een film te kijken. Daarna gaan we dieper in op de formele en informele machtsverhoudingen in het onderwijs van waaruit mogelijke situaties van gaslighting kunnen ontstaan en welke leiderschapsstijlen zichtbaar worden binnen deze relaties. Dit onderzoek bevestigt dat de gaslighter vanuit een machtspositie handelt om controle en macht te krijgen over zijn/haar/hun slachtoffer. In de volgende alinea gaan we verder in op ons eigen onderzoek.

 

De spotlights op onderzoek

Waar we in het begin van deze bachelorproef bestaand materiaal hebben bestudeerd en geanalyseerd, zijn we in het tweede deel op zoek gegaan naar praktijkgericht onderzoeksmateriaal. Dit is tot stand gekomen aan de hand van kwantitatieve cijfergegevens van een grootschalige bevraging en kwalitatieve getuigenissen uit interviews. Deze gegevens geven ons een beeld van het bestaan van gaslighting en de manier waarop zich dit voordoet in secundaire scholen in Vlaanderen.

Om data te verzamelen over het mogelijk bestaan van gaslighting in het onderwijs deden we beroep op de app Teacher Tapp, een applicatie die in kaart brengt wat het onderwijsveld denkt over uiteenlopende thema’s. In deze eerste studie geeft 34% van het onderwijspersoneel aan dat er ooit getwijfeld werd aan hun versie van een verhaal terwijl 28% van de participanten ooit werd verweten dat ze te emotioneel reageerden. Deze situaties kunnen ervoor zorgen dat dit onderwijspersoneel begint te twijfelen aan hun percepties van de werkelijkheid.

Bovendien kunnen we verschillende gaslightingtechnieken zoals trivializing (het banaliseren van de gevoelens van een gesprekspartner) en countering (het in vraag stellen van het geheugen van een gesprekspartner) verbinden aan de antwoorden op deze eerste bevraging. We zouden zo kunnen aangeven dat gaslighting wel degelijk voorkomt in het onderwijs, zowel bij leerkrachten als bij directieleden.

“Door meerdere voorvallen dacht ik dat er iets mis was met mij.”

Naast deze cijfergegevens verzamelden we ook kwalitatief onderzoeksmateriaal om deze eerste algemene bevindingen concreet te maken binnen ons onderzoeksgebied. Dit materiaal bestaat uit specifiekere voorbeelden en details van bepaalde omstandigheden waarin gaslighting voorkomt. Deze informatie haalden we uit interviews met leerkrachten uit het secundair onderwijs die openstonden om hun ervaringen en getuigenissen met ons te delen. Zo vertelde een docente dat een directielid haar ooit verweet een onverantwoordelijke leerkracht te zijn na een misverstand. Hierdoor begon ze sterk te twijfelen aan haar eigen capaciteiten en of ze wel een leerkracht zou mogen zijn. Het ging zelfs zo ver dat ze dacht dat er iets mis was met haar. Een andere docent beschreef hoe hij aan zijn bekwaamheid begon te twijfelen nadat een directielid niet inzag hoe hij zijn werk goed zou kunnen uitvoeren met een ADHD diagnose.

 

Te warm onder de lampenkap

De vraag die rijst bij het onderzoek is waarom het belangrijk is om het fenomeen gaslighting in kaart te brengen. Kenmerkend is de vermelding van een ziekte of burn-out tijdens de interviews. Hiermee kampten enkele respondenten al mee voor ze werden gegaslight en werd het zelfs als argument gebruikt om te gaslighten. In andere gevallen was dit het gevolg van het gaslighten. Enkele casussen leerden ons dat slachtoffers de ernst van de situatie pas later inzien. Daarom vinden we het belangrijk dat leerkrachten gaslightingsituaties kunnen herkennen zodat deze sneller aangepakt kunnen worden en de gevolgen minder zwaar doorwegen op de slachtoffers. Wij proberen met ons onderzoek de eerste steen te leggen naar een breder bewustzijn van gaslighting in het onderwijs en een inspiratiebron te vormen voor diepgaandere onderzoeken omtrent deze psychologische manipulatie.

 

Via dit onderzoek kunnen we dus concluderen dat gaslighting van leerkrachten door directie en schoolbesturen wel degelijk plaatsvindt in het secundair onderwijs. Hopelijk zaait deze conclusie geen twijfel bij uw werksituatie en zo wel dan wordt u wellicht gegaslight.

 

 

[1] Een niet te vergeten onderdeel in onze studie is het gebruik van hij/zij/die en zijn/haar/hun. Door deze voornaamwoorden te gebruiken proberen we in een snel veranderende 21ste eeuw zo inclusief mogelijk te zijn. We zijn ervan overtuigd dat iedereen een plaats heeft in deze maatschappij en daarom willen we iedereen kunnen aanspreken op een gepaste wijze. 

 

Download scriptie (1.25 MB)
Universiteit of Hogeschool
Arteveldehogeschool Gent
Thesis jaar
2022
Promotor(en)
Pedro De Bruyckere
Thema('s)