Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

Karl Jaspers' Philosophical Faith in the Face of the Problem of Nihilism

KU Leuven
2020
Vinsent
Nollet
Once the boundaries between immanent existence and transcendence have been drawn, a typically modern undertaking, all we are left with is the sensible, whereas the supersensible becomes synonymous with the illusionary. This predicament does not have to be inherently problematic, at least from a religious point of view. For philosophy, however, it has often been understood in terms of a disaster, addressed with the ambiguous notion of nihilism. This is particularly true of post-Nietzschean philosophy, in which a holistic understanding of the notion of nihilism is often adopted to argue for the impossibility of both philosophy and transcendence. In this master’s thesis I investigate the relationship between nihilism, philosophy and transcendence as it came about in the philosophy of Karl Jaspers (1883–1969). This 20th century German thinker took great interest in the concern of the captivity of the immanence of thought and formulated creative answers to the question of transcendence after the alleged death of God. For Jaspers, the problem of nihilism was perennial to philosophy, and in the course of his life he devoted many pages to an attempt of overcoming it.
First, this thesis analyses the problem of nihilism on its own, in its pre-Nietzschean and Nietzschean manifestations, to come to terms with its alleged threat to philosophy. With regard to the vastness and richness of the notion, some topics are inevitably left out, such as the religious nihilism of Walter Benjamin and Gershom Scholem, or the extensive elaborations on nihilism in contemporary continental philosophy, for example on the divergence between the interpretations of Martin Heidegger and Emanuele Severino. Second, we turn to Jaspers’ own understanding of nihilism. Jaspers defined the nature and value of philosophy through its confrontation with nihilism, which, for him, represented a kind of anti-philosophy. Philosophy had to go through nihilism to become true philosophizing. Jaspers proposed an ingenious argument that separates nihilism from philosophy, existence from immanence and truth from knowledge. To make this case, we primarily turn to Jaspers’ Von der Wahrheit, Der philosophische Glaube and his books on Friedrich Nietzsche’s philosophy. In Nietzsche und das Christentum, for example, Jaspers argued that Nietzsche at times separated the figure of Jesus from Christianity. In this separation, Jaspers argued, a possible way of overcoming Nietzsche’s nihilism in a philosophy that originates in love was already made possible by the fundamental distinctions of Nietzsche’s own critique of Christianity, for example his dismissal of all contradictions.
Meer lezen

Energieverbruik voorspellen en clusteren met Gaussiaanse processen

KU Leuven
2016
Christiaan
Leysen
Vandaag de dag is elektriciteit een basisbehoefte. Doordat de elektriciteitsvraag elk jaar sterk stijgt, moet ook de hoeveelheid opgewekte energie elk jaar opgedreven worden. Dit gebeurt meer en meer op een duurzame manier. Het nadeel hiervan is echter dat de productie op deze manier zeer sterk kan fluctueren, afhankelijk van de weersomstandigheden. Energiebedrijven hebben daarom een goed zicht nodig op de consumptie van elektrische energie en doen hiervoor vaak beroep op voorspellings- en/of clustermethoden. In deze context stelt dit werk een voorspellings- en cluster- methode voor, die gebaseerd zijn op Gaussiaanse processen.
Deze thesis is opgedeeld in een voorspellings- en een clustergedeelte. In het voor- spellingsgedeelte bespreken we hoe we de ruwe data verwerken tot input voor de Gaussiaanse proces regressie en focussen we ons op een voorspelling voor de volgende twee dagen per uur.
Het clustergedeelte van de thesis stelt een nieuwe clustermethode voor, die gebaseerd is op Gaussiaanse proces regressie (GPRC), en passen we toe op het consumptiegedrag van huishoudens om er inzichten in te ontdekken. Dit doen we door de weekprofielen (tijdreeksen) van de huishoudens te beschouwen. Om deze te clusteren zal de methode gebruik maken van een algemeen model dat geleerd wordt op een set van tijdreeksen, gebaseerd op hun waarschijnlijkheid. Het voordeel van de voorgestelde techniek is dat ze geen paarsgewijze vergelijking van de tijdreeksen nodig heeft, in tegenstelling tot vele andere clustermethoden voor tijdreeksen.
Deze methoden worden geëvalueerd op een real-life dataset van 71 huishoudens, die historische consumptie en meteo-data van één jaar bevat. De voorspellingsme- thode wordt geëvalueerd en vergeleken met lineaire regressie, support vector regressie en een baseline methode die de waarde van een week geleden teruggeeft als voorspel- ling.
De clustermethode wordt vergeleken met k-medoids met dynamic time warping en hiërarchisch agglomeratief clusteren met dynamic time warping. Er wordt enerzijds aangetoond dat GPRC een betere schaalbaarheid heeft en anderzijds dat de resultaten ervan nuttig zijn in het beslissingsproces van een bedrijf uit de energiesector.
Meer lezen

Vonkerosie van koolstofvezel versterkte kunststof

KU Leuven
2016
Joris
Claes
Deze masterproef gaat na of het mogelijk is om zinkvonken (EDM) toe te passen op koolstofcomposiet (CFRP). Er is over dit onderwerp weinig literatuur beschikbaar. Daarom wordt gestart met enkele experimenten. Deze tonen aan dat industrieel CFRP (???? = 0,01Ωcm) bewerkbaar is met vonkerosie. Een ruimer opgezet experimenteel onderzoek, bestudeert in tweede instantie de optredende materiaalafnamemechanismen en de invloed van het vonkproces op het materiaal. De volgende experimentele randvoorwaarden zijn daarbij van toepassing: een koperelektrode (Ø = 10mm) met negatieve polarisatie die 1mm diep vonkt. Een parameterbereik met stroom van 1 tot 65A en pulsduur van 0,8 tot 200µs. Verder wordt een machinefunctionaliteit gebruikt waardoor overige parameters automatisch optimaal worden geregeld. Het resultaat wordt onderzocht via een spaananalyse en microscopie, en SEM en EDX analyses toegepast op bewerkte doorsneden en oppervlakken. Dit laat toe om vier mogelijke optredende materiaalafnamemechanismen te verklaren. De verschillende experimenten resulteren ook in twee optimale vonktechnologieën. Met een statistische analyse wordt de relatie tussen de procesparameters en een aantal uitgangsgrootheden (MRR, Ra en randkwaliteit) onderzocht. De studie wordt afgerond met het onderzoeken van het effect van polarisatie; de invloed van een grafietelektrode; en een analyse van stroom en spanningspulsen via pulsmonitoring.
Meer lezen

Het gebruik van honden om larven van Lucanus cervus op te sporen Training van een ecologische zoekhond

Odisee
2016
Ianthe
Terpelle
Honden hebben een enorm goed ontwikkeld geurvermogen. Samen met hun werkwilligheid en goede trainbaarheid maakt dit dat zij ruim inzetbaar zijn voor speuropdrachten naar drugs, explosieven, mensen en zelfs in de medische wereld worden ze nu gebruikt voor het zoeken naar kanker. Deze Bachelofproef is een haalbaarheidsstudie naar het vermogen van honden om larven van het vliegend hert op te sporen en correct aan te duiden. Het vliegend hert is een bedreigde diersoort in België die zeer moeilijk te monitoren is omwille van de verdoken levenswijze. De larven leven in hout of in de grond en de volwassen dieren zijn slechts enkele weken per jaar zichtbaar voor mensen. Met de hulp van een speurhond zou de opvolging veel makkelijker kunnen verlopen. De honden die gebruikt werden in deze studie behaalden in de testfase van de proefopstelling maar liefst een succesratio van gemiddeld 88% voor het correct aanduiden van de larve tussen vijf andere geuren. Indien zij zouden gokken zou dit een succesratio van ongeveer 16% opleveren. Voor het vrij zoeken werd er één hond getest en hier bedroeg de succesratio 81%. Deze cijfers tonen aan dat honden mensen kunnen helpen bij het opsporen van larven van het vliegend hert.
Meer lezen

The Impact of Culture on Web Design

KU Leuven
2015
Margarita
Ivanchikova
The Impact of Culture on Web Design.Case Study: Belgium and RussiaCulture determines everything we do. It is a software of our minds (The Hofstede Centre). Our own values, judgements and decisions are influenced by the conditions we are raised in, our parents and society. Members of different cultures face the same troubles and challenges in their life. What differs is the way they solve the problems and pursue their goals (Trompenaars and Hampden-Turner 6, Csikszentmihalyi 78). The difference of the approaches affects the products.
Meer lezen

Positive Impact With Community Currencies

Andere
2015
Myron
Koster
AROUND THE CORNER: A single decision for a better climate We know by now that human activity is the main driver of global warming. To keep life on earth bearable we should stay below 2°C warming. If we don’t, the climate becomes more extreme and droughts and floods more likely. It probably seems as if you cannot make a big impact, but knowing your piece of the cake can help. When you want to do your part you should invest about €250  per year up to 2020 which adds up to €1.250 per person. Next to these investments you should aim to reduce overall emissions by 30% within the same time frame.
Meer lezen

Met stalen vleugels: de komst van het vliegtuig in de Vlaamse literatuur.

Universiteit Antwerpen
2014
Delfien
Vanden Heede
Tussen droom en daad:verhalen en gedichten over de beginjaren van het vliegtuigNATS, een bedrijf dat zich bezig houdt met luchtverkeersleiding, heeft een filmpje op youtube staan waarin men laat zien hoeveel vliegtuigen op één dag over Europa vliegen. Het zijn fascinerende beelden. De stippen en lijnen krioelen door elkaar heen als mieren in een nest. We staan er niet bij stil, maar elke dag stijgen duizenden en duizenden vliegtuigen op, met daarin nog eens zo veel meer mensen die elk met een eigen reden wolkenvelden doorkruisen. Ooit was het anders.
Meer lezen

In Pursuit of the Cinematic: Film Theory in the Silent Era

Universiteit Antwerpen
2014
Ella
Diels
Early Film Theory: An IntroductionThe cinema was created in the last decade of the nineteenth century. It was not the only technical novelty developed at the time, but belonged to a range of other late-industrial inventions, such as the telephone (1876), the phonograph (1877) and the automobile (1880s and 1890s) (Bordwell; Thompson 2010: 3). It soon became part of the nineteenth-century entertainment industry. More specifically, it belonged to the late-Victorian visual culture, along with circuses, freak shows, music halls, vaudeville shows, world expositions and panoramas.
Meer lezen

Comparing the success of two joint ventures in the ready to drink tea market: implications for alliance management theory.

Universiteit Hasselt
2014
Tom
Langie
SummaryJoint ventures are a very popular type of alliance and can offer a lot of advantages. Yet they can be a hand full to manage and many joint ventures fail to properly achieve their objectives. Since Unilever and PepsiCo agreed to help me on this final paper, I was in a unique position to thoroughly scrutinize their joint venture, called PLI, which manufactures and sells Lipton Ice Tea.
Meer lezen

Discrimination of Women at Work

KU Leuven
2013
Philippine
van den Brande
                        ‘Women’s employment: Shaky or a done deal’About two years ago, my quest for a Master’s thesis topic began. Encouraged by my peers, parents and friends, I became interested in female labour market participation. Although European women’s involvement in paid labour has now been recognized for several decades, feminists argue that the conditions in which women are being employed still leave much to be desired.
Meer lezen

Retail reuse of historic buildings

KU Leuven
2009
Bie
Plevoets
 
This thesis aims to contribute to a broader research on the tension between heritage and retail in historic city centres in Europe. 2 research questions are worked out: Which type of buildings can be suitable for retail reuse? And how can retail design respect the historic value of the monument? Although retail design is an interdisciplinary activity which still needs extensive research in the field of urban planning, retail design, legislation, economics, public funding systems, etc. the focus of this thesis is on conservation.
Meer lezen

Onbewuste beïnvloeding via NLP in reclame

KU Leuven
2010
Kasper
Bormans
 Het Gedeelde Geheim van Rasti Rostelli, Barack Obama en Coca-ColaCommunicatiewetenschapper x drong door tot de kern van ons (onbewust) handelen. Met zijn voorkennis uit de Bachelor filosofie (optie psychologie) en Master communicatie ging hij op zoek naar de onderlaag van ons gedrag.
Meer lezen

De grootste internetgevaren voor jongeren

VIVES Hogeschool
2007
Valerie
Pauwelyn
Gevaar op het internet!Chatten jongeren zichzelf bloot? OF Surfen jongeren in hun blootje doorheen het internet?Door de aandacht in de actualiteit zijn ouders terecht ongerust geworden over de chatgevaren waarmee hun kinderen geconfronteerd kunnen worden. Toch zijn dit niet de enige internetgevaren. Van computervirussen, spam, hackers, spyware, onveilig chatten, cyberpesten en Second Life-gevaren heeft men waarschijnlijk al eens gehoord, maar wat zijn ze precies en hoe kan men ze eventueel voorkomen en/of bestrijden?
Meer lezen

AVATAR life

AP Hogeschool Antwerpen
2007
Eva
Huybrechts
Games hebben steeds tot de verbeelding gesproken. Maar massive multiplayer games zijn bijzonder: ze creëren een collectieve verbeelding. Het intrigeert veel spelers doordat er een sociaal element wordt toegevoegd aan het game. Dit maakt het mogelijk om een nieuwe, virtuele samenleving op te bouwen, met eigen politieke en economische structuren.
 
Vele bedrijven zijn laaiend enthousiast over zo’n grote samenkomst van spelers op één plaats. Ze vestigen zich gretig in de virtuele werelden en hun verwachtingen zijn hoog gespannen.
Meer lezen

Reanimatie: kennen, kunnen en doen?

AP Hogeschool Antwerpen
2012
Bram
Dispa
  • Raya
    Geys
  • Eline
    Balemans
  • Jens
    Claes
Het onderzoek wil de kwaliteit van de geleverde reanimatie volgens de geldende reanimatierichtlijnen van de European Resuscitation Council (ERC 2010) onder de loep nemen. Vanuit de literatuur is duidelijk dat kwaliteit belangrijk is, maar wordt deze kwaliteit wel geleverd door verpleegkundigen. Het is eveneens niet duidelijk of er een discrepantie is in reanimatievaardigheden bij verpleegkundigen op niet-kritieke afdelingen (bv. algemene heelkunde) tegenover verpleegkundigen die bijna wekelijks geconfronteerd worden met Basic Life Support (bv.
Meer lezen