HOND SNUFFELT NAAR VLIEGENDE HERTEN

Ianthe
Terpelle

Het vliegend hert is een bedreigde diersoort in Vlaanderen. De volwassen kevers zijn slechts enkele weken per jaar zichtbaar en de larven leven bovendien in de grond of in stukken rottend hout. Het in kaart brengen en zo beschermen van de leefgebieden vergt veel tijd en inspanningen van de natuurwetenschappers. De redding blijkt echter in een klein hoekje te zitten, of eerder in een kleine neus.

Het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) is het Vlaams onderzoeks- en kenniscentrum voor natuur en het duurzame beheer en gebruik ervan. Arno Thomaes, een wetenschapper aan het INBO, houdt zich reeds jarenlang bezig met onderzoek naar het vliegend hert in Europa. Deze soort leeft het grootste deel van zijn levenscyclus onder de grond en daarom is het zeer moeilijk om ze te vinden. Arno vertelt:
“De adulten komen maar enkele weken per jaar naar boven, gedurende een 3-6 weken zijn ze massaal aanwezig en loont het de moeite om naar nieuwe populaties te gaan zoeken. Verder zijn ze enkel 's avonds actief gedurende ongeveer 1 uur. Je kan dus per avond maar één locatie bezoeken. Verder moet het die avond dan nog mooi weer zijn want als het te koud is of te regenachtig dan komen ze niet boven. Kortom, ik heb gemiddeld 20u per jaar dat ik naar Vliegende herten kan gaan zoeken. In theorie kan ik dan 20 locaties per jaar bekijken maar aangezien de populaties vaak zeer kleinschalig zijn (enkel langs één stukje bosrand, één holle weg van een groter bosgebied) dan kost het al snel één jaar om een niet al te groot bosgebied met enige zekerheid af te zoeken.”
Het vinden van populaties van vliegende herten is dus niet gemakkelijk. Tijdens een congres in Zwitserland in 2014 kwam Arno in contact met enkele collega wetenschappers uit Italië. Zij stelden een nieuw LIFE+ Nature project voor, genaamd MIPP: Monitoring of insects with public participation. Een deel van dit project houdt in dat er snuffelhonden worden opgeleid om de Juchtleerkever op te sporen. Arno was geïnteresseerd en vroeg zich af of dergelijke methoden ook in België gebruikt kon worden. Er zijn namelijk een groot aantal beschermde soorten die een sterk verborgen levenswijze hebben, waaronder de otter en het Vliegend hert. De monitoring van deze soorten is daarom niet evident. Arno heeft samen met collega’s al vele zoekmethoden om het Vliegend hert te vinden uitgetest in de praktijk zoals vallen en loktechnieken, maar tot nu toe zonder succes. Het gebruik van speurhonden die de larven van het vliegen hert opsporen heeft volgens hem een aantal grote voordelen:
 Je hoeft je niet te beperken tot de 1 uur per dag dat de volwassen dieren actief zijn
 Je kan snel en met grote zekerheid twijfelachtige waarnemingen gaan controleren
 Het in kaart brengen van de verspreiding van de soort wordt nauwkeuriger
 Je kan de soort gaan opvolgen in de tijd door bepaalde routes om de X jaar te gaan afzoeken en zo bepalen of het aantal vindplaatsen toe- of afneemt

 Je krijgt direct informatie over de broedomstandigheden en ecologie: hoeveel schaduw mag er zijn op de bodem, of welk bodemtype op plaatsen waar de larven opgroeien
 Je kan direct maatregelen nemen voor de bescherming van het gebied waarin de soort werd gevonden
In dit kader is de vraag gesteld aan Ellen Van Krunkelsven, bioloog en adviseur bij de dienst hondensteun van de Federale Politie in België om een haalbaarheidsstudie te doen. Het project werd toegevoegd aan de lijst met onderwerpen Bachelorproeven voor het academiejaar van 2015 - 2016. Het onderwerp interesseerde Ianthe Terpelle, laatstejaarsstudente Agro-en Biotechnologie met afstudeerrichting Dierenzorgen, onmiddellijk. Ze kon haar eigen hond Pekkie opleiden als ecologische speurhond in het kader van conservatie van een bedreigde diersoort. “De trainingen waren zwaar en soms frustrerend, zowel voor mij als de hond”, vertelt ze, “maar door veel begeleiding van Ellen is het uiteindelijk gelukt om de hond toch in de juiste richting te sturen”. Op de eerste plaats is Pekkie een gezelschapshond. Drie jaar geleden adopteerde Ianthe hem uit het asiel van Sint-Truiden. Nu is hij bijna negen jaar oud, de leeftijd waarbij de meeste speurhonden bijna op pensioen gaan.
Voor de studie werden twee honden opgeleid. De training begon met het aanleren van de fixatie. Dit is een manier waarop de hond toont dat hij de geur heeft gevonden. Initieel gebeurde dit nog zonder geuren, met lege confituur potten. Pekkie moest minstens 7 seconden boven een pot blijven hangen met zijn neus. Hierna werd getraind op geurherkenning. Er werd gestart met koffie. Dit om wille van de sterke, specifieke geur en omdat er gebruik zal worden gemaakt van een zeldzaam, delicaat levend dier in de toekomstige opstellingen. Zo werd de larve niet onmiddellijk blootgesteld aan de hond tijdens de eerste stappen van het leerproces. Daarna is er overgeschakeld naar een levende larve van het vliegend hert. Uiteindelijk leerde Pekkie de geur van de larve identificeren uit een opstelling met vijf andere geuren. Tijdens de testfase behaalde hij een successcore van maar liefst 96%, de tweede hond behaalde een score van 79%.

Larven zijn in het wild natuurlijk niet te vinden in een rij met allemaal confituurpotten. Er moest nog getraind worden naar het vrij zoeken in de natuur. Deze overschakeling was niet makkelijk. Een hond heeft namelijk geleerd een geur in een pot aan te duiden, dezelfde geur in of rondom een boomstam heeft dan geen betekenis voor de hond. De geurtraining werd daarom geleidelijk aan omgeschakeld
Het gebruik van honden om larven van Lucanus cervus op te sporen Lijst van bijlagen 71
naar een buitenomgeving. Vooreest werd de hele opstelling naar buiten gehaald, vervolgens werd de pot met de larve uit de opstelling gehaald en moest Pekkie hierop fixeren. Dan werd de pot verstopt tussen struiken en hout en moest de hond gericht ernaar opzoek gaan. Daarna werd de larve in een thee eitje gestoken ter bescherming en zo verstopt tussen houten blokken. Pekkie leerde de geur van de larve zoeken op verschillende plaatsen: onder struiken, tussen houtblokken, deels ingegraven in de grond,…
Pekkie is een gezinshond, geen professioneel opgeleide speurhond. Wanneer we de resultaten zien die worden bereikt door amateurs kan er zeker gezegd worden dat er potentieel zit in het project. Professionele geleiders zullen nog sneller en betere resultaten kunnen bereiken met speciaal geselecteerde honden. Deze zullen zeker kunnen bijdragen tot de instandhouding van de mooie kevers met het herkenbare “gewei”.

Bibliografie

Ik ben Ianthe Terpelle. In 2008 behaalde ik reeds een Master Toegepaste Economische Wetenschappen aan de KUL. Op 1 september 2008 ben ik beginnen werken als Account Manager bij Arval, een leasemaatschappij. Ik merkte echter dat mijn passie voor dieren niet tot ontwikkeling kwam en in 2011 startte ik met de opleiding Dierenzorg aan de Odisee Hogeschool als student Hoger Afstandsonderwijs. Je krijgt je boeken toegestuurd per post en legt twee (of drie) keer per jaar examens af. Alles wordt volledig in zelfstudie aangeleerd. Enkel zo kon ik de opleiding combineren met mijn job. Nu vijf jaar later dien ik mijn eindwerk in en hoop volgende maand mijn diploma in ontvangst te kunnen nemen.   

Download scriptie (2.61 MB)
Genomineerde shortlist Bachelorprijs
Universiteit of Hogeschool
Odisee
Thesis jaar
2016
Promotor(en)
Hilde Vervaecke
Thema('s)