De vroegmoderne media: bronnen van angst? Berichtgeving over criminaliteit in de Zuidelijke Nederlanden gedurende de zeventiende en achttiende eeuw

Maarten
Franck

             

 
De vroegmoderne media: bronnen van angst?
 Brekend nieuws: “Bewezen: computerspelletjes roepen agressie op bij jongeren!” Deze stelling kan ik hier niet funderen, noch wens ik dit te doen, maar het zou wel eens een krantenkop uit de krant van morgen kunnen zijn. Nochtans zou in diezelfde krant morgen evengoed een artikel kunnen verschijnen over het feit dat wetenschappelijk onderzoek geen uitsluitsel kan geven over het verband tussen computergames en agressie bij jongeren. Het enige dat vaststaat, is dat er de laatste jaren meer en meer wordt gediscussieerd over de invloed van de media op ons gedrag. Welke invloed heeft bijvoorbeeld een computergame waarin je de vrijheid krijgt om zo veel te moorden, te stelen en dronken achter het stuur te zitten als je zelf wilt? (Zoals bijvoorbeeld in Grand Theft Auto IV.) Wat leert de overdaad aan bloed en geweld op de televisie aan onze kinderen? Of, wat zijn nu juist de gevolgen van het lezen over gruwelijke moordenaars, perverse kinderverkrachters en doortrapte dieven in de pers?
Een antwoord op deze laatste vraag vinden we bij de newsmaking criminology. Dit is een stroming binnen de criminologie die beweert, dat er een verband bestaat tussen de manier waarop de media over misdaad berichten en de angstgevoelens voor criminaliteit bij de bevolking. Door bijvoorbeeld uitvoerig te spreken over de meest gruwelijke moorden en (ander) “zinloos geweld”, zouden de media ertoe bijdragen dat sommige mensen angst krijgen om ’s nachts nog op straat te wandelen. Bang om zelf vermoord te worden wanneer ze iemand weigeren een sigaretje te geven. Nu, is deze angst gegrond? Misschien wel gedeeltelijk, maar waarschijnlijk eerder niet. Verschillende studies tonen namelijk aan dat de aanwezigheid van criminaliteit vandaag de dag stevig zou worden overschat. Bovendien is het zo, dat de aanwezigheid van geweld in de West-Europese samenleving enorm is gedaald in vergelijking met bijvoorbeeld de late Middeleeuwen, of zelfs in vergelijking met enkele decennia geleden.
Mijn persoonlijke bijdrage aan het debat over de “angstaanjagende media” is geschiedkundig van aard. Met mijn masterscriptie heb ik onderzocht of ook de zeventiende- en achttiende-eeuwse media die berichtten over criminaliteit in de Zuidelijke Nederlanden (het huidige België) een angst voor criminaliteit konden opwekken. Geen gemakkelijke opgave, aangezien dergelijk onderzoek nog nooit is gedaan op een dergelijke schaal. Enkel de Amerikaanse historica Joy Wiltenburg, die zocht naar de oorsprong van de sensatiejournalistiek in de Duitse moordballades, had voordien een dergelijk werk afgeleverd. Zij beperkte zich echter enkel tot het genre van de moordballade en het moordpamflet. Ik heb geprobeerd om een ruimer aanbod aan criminaliteitsnieuws te onderzoeken. Nu denk je misschien: “Wat in godsnaam zijn moordballades?” Wel, de naam zegt het eigenlijk al zelf. Moordballades of moordliederen zijn liederen die gaan over moord. Tot aan het begin van Wereldoorlog II kon men marktzangers horen zingen op de straten en op pleinen over de meest uiteenlopende zaken, waaronder ook over moord en diefstal. Deze liedjes baseerden zij vaak op waargebeurde gebeurtenissen en doordat zij vaak van het ene naar het andere dorp reisden om hun liedjes ook aan andere mensen te laten horen, werden zij opgenomen in een netwerk van nieuwsboden. Laten we hen dan maar radio’s avant la lettre noemen. Volgens Wiltenburg zijn deze moordliedjes vergelijkbaar met de hedendaagse sensatiejournalistiek, maar wel tot op bepaalde hoogte. In de meeste liedjes zit namelijk een morele les verscholen (net zoals in sprookjes en andere verhalen uit die periode.) En, laten we eerlijk zijn, in de huidige sensatiejournalistiek is er niet veel te merken van enige moraliserende toon. In tegendeel, hoe meer seks, hoe meer geweld en hoe meer er wordt gescholden, hoe beter. Ik ga niet zeggen dat men deze elementen niet terugvindt in de oude moordliedjes, maar door hun moraliserende aard, weten de moordliedjes zich toch van onze huidige sensatiejournalistiek te onderscheiden. Deze moraliserende boodschap was steeds dezelfde: zondig niet en geef geen gehoor aan de verleidingen van de duivel, want God ziet al! Men moest dus niet de criminelen vrezen, maar God, want niets was erger dan in het hiernamaals te moeten branden in het hellevuur.
Naast deze moordliedjes heb ik dus ook nog naar andere vroegmoderne media gekeken. Zo vinden we vanaf de zeventiende eeuw in de grote steden van de Zuidelijke Nederlanden ook reeds de eerste gedrukte kranten terug. Voor lange tijd was dit enkel maar in Antwerpen en in Gent, maar later kregen ook andere steden hun eigen krant. Uit mijn onderzoek bleek dat in tegenstelling tot vandaag, de achttiende-eeuwse kranten slechts zeer weinig over criminaliteit berichtten, en als ze het wel deden, ging het meestal over buitenlands nieuws. Een interessant gegeven, want als de kranten weinig nieuws leverden over binnenlandse criminaliteit, maakte dit van de marktzangers nog een belangrijkere bron om verhalen te horen over bloeddorstige moordenaars en gluiperige roversbenden.
Naast de moordliedjes en de kranten was er nog een derde medium dat nieuws over criminaliteit leverde: de sententies. Sententies zijn vonnissen die werden geveld over misdadigers. Sinds de zestiende eeuw was het in de Zuidelijke Nederlanden bovendien verplicht om deze sententies als voorbeeld voor te lezen alvorens tot de publieke executie over te gaan. Zo legde de staat uit waarom de veroordeelde werd geëxecuteerd en waarschuwde ze eveneens de mensen dat ook hen dit stond te wachten als ze zich verlaagden tot crimineel gedrag. En, geloof me vrij, de zeventiende- of achttiende-eeuwse galg, was geen plaats waar je wilde belanden, zoals bijvoorbeeld blijkt uit volgend stukje tekst uit een Gentse sententie van 25 april 1734:
 
“Met u voornoomde Moort-mes hanghende aen uwen hals op de voorseyde Horde ghesleept te worden tot aen het Schavot, gherecht op de Cooremerct deser Stede, om aldaer ghebonden te worden op een Cruys, ende u naeckt Lichaem tot vier reysen met gloyende ysere Nyp-tanghen ghenepen, ende daernaer Gheraebraeckt te worden, oock voorts u Levende Lichaem in het vier soo langhe te branden datter de doodt naervolght”
 
Zoals je kan zien, waren de spelling en het taalgebruik toen nog net iets anders dan nu, maar hopelijk kan je er nog wel uit afleiden dat de veroordeelde in alle geval een gruwelijke dood tegemoet ging. Ook in de moordliedjes stond deze “rechtvaardige justitie” centraal en werd er steeds minstens één strofe volledig aan de executie gewijd. Dit is dan ook één van de redenen waarom ik heb moeten concluderen dat aan de vroegmoderne media niet eenzelfde verantwoordelijkheid kan worden gegeven als aan de media van vandaag. Naar mijn inschatting wekten ze dan ook eerder een angst op voor God en voor het gerecht dan voor criminaliteit. Wat leert het verleden ons dan over het heden? Dat is een vraag die je zelf mag invullen.

Bibliografie

                                                                  Maarten Franck

 
Bibliografie
Onuitgegeven Bronnen
·        ANTWERPEN, Stadsarchief, Privilegiekamer, Stadsplakkaten in perkament gebonden 1651-1663.
·        ANTWERPEN, Stadsbibliotheek, 658735 [C2-585 d-g], Verzameling vliegende bladen: populaire liederen en gelegenheidspoëzie, 10 volumes.
·        ANTWERPEN, Stadsbibliotheek, 598602 [C2-563 d], Gazette van Antwerpen [microfilm], Jaargangen: 1745, 1775, 1789.
·        ANTWERPEN, Stadsbibliotheek, 6165693, Verzameling marktliedjes.
·        ANTWERPEN, Stadsbibliotheek, 6165715, Verzameling marktliedjes.
·        ANTWERPEN, Stadsbibliotheek, 6165717, Verzameling marktliedjes.
·        ANTWERPEN, Stadsbibliotheek, B 12505 [C4-096 e], Gazette van Gend,  Jaargangen: 1745, 1775, 1789.
·        ANTWERPEN, Stadsbibliotheek, F 83717 [C2-553 d], Waerachtigh verhael, onlangs uyt Engelandt overgesonden, van de heerlijcke strijdt des […] Petrus Wricht, priester der societeyt Iesu, de eerste die onder de rebuplijck [!] van Engelandt, om het catholijck geloof gedoodt is binnen Londen, den 29. may, 1651.
·        GENT, Universiteitsbibliotheek, 226 A 2111, Translaet der sententie van J.Massez fameusen moordenaer ende kerk-dief […], Gent, 1772.
·        GENT, Universiteitsbibliotheek, BIB.MEUL.001339, Nieuwe tijdinghe ende warachtighe beschrijvinge, van een man sie sijn eygen vrou met vier kinders seer iammerlicken vergeven heeft, ende syn vrou naer dat sy vergeven was aen vier cartieren gehauwen ende soo in het sekreet gheworpen, ende met sijn eygen nichte anderhalf iaer lanc gevoeleert, ende is daer na met sijn nichte binne[n] de stadt Greveling gheiusticeert, op den 15. november, 1613 […] Na de Copye , Gedruct tot Antwerpen by Anthony de Ballo, Wonende op het Kerchof.
·        GENT, Universiteitsbibliotheek, BL 5763, Diversche Varia Liedekens. [hoofdzakelijk achttiende eeuw]
·        GENT, Universiteitsbibliotheek, G9111, Criminele sentencien. Gend. 1631-1769.
 
Uitgegeven Bronnen
·        ALPHEN, van, G. (ed.), Catalogus der pamfletten van de bibliotheek der Rijksuniversiteit te Groningen, 1542-1853, Groningen, Wolters, 1944.
·        “BelEdiMar”, Website voor de Belgische Edities, gedrukt voor 1801, op de Markt sinds 2001, <http://users.skynet.be/biobibdata/belhome_NL.html&gt;, geraadpleegd op 28 december 2007.
·        “Bildindex”, Website voor afbeeldingen en foto’s van Duitse origine in de collecties van (hoofdzakelijk) Duitse musea, <http://www.bildindex.de&gt;, geraadpleegd op 12 januari 2008.
·        BRAEKMAN, W.L., Hier heb ik weer wat nieuws in d’hand: marktliederen, rolzangers en poëzie van weleer, Gent, Stichting Mens en Kultuur, 1990.
·        “Catalogue collectif de France (CCFR)”, Website van de Bibliothèque nationale de France (BnF) voor een nationale catalogus waarin opgenomen zijn: BN-OPALE PLUS, catalogue des bibliothèques universitaires, catalogue des fonds anciens (avant 1811) ou locaux de bibliothèques municipales ou spécialisées.
·        “Digitale Atlas Geschiedenis (DAG)”, Website voor de contemporaine beelden en teksten uit de zeventiende eeuw, betreffende de Nederlandse Geschiedenis, aanwezig in de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag en Het Rijksmuseum te Amsterdam, <http://www.digitaleatlasgeschiedenis.nl&gt;, geraadpleegd op 12 januari 2008.
·        “English Short Title Catalogue (ESTC)”, Digitale databank voor alle (hoofdzakelijk) in het Engels in Groot-Brittannië en Noord-Amerika gedrukte werken tussen 1473 en 1800, <http://estc.bl.uk&gt;, geraadpleegd op 15 december 2007.
·        “Gemeinsamer Verbundkatalog (GVK)”, Gedeelde bibliografische databank van meer dan 780 Duitse bibliotheken, <http://gso.gbv.de&gt;, geraadpleegd op 15 december 2007.
·        HAEGHEN, VANDER, F., Bibliographie gantoise. Recherches sur la vie et les travaux des imprimeurs de Gand (1483-1850), 7 volumes, Gent, 1858-1869.
·        HAESE, D’, J., Klapper op 500 Nederlandstalige liederen en gedichten op vliegende bladen, aanwezig in de Stadsbibliotheek van Antwerpen, Antwerpen, Stedelijke Technische Leergangen voor Bibliotheekwezen, 1976.
·        KNUTTEL, W.P.C., Catalogus van de pamfletten-verzameling berustende in de Koninklijke Bibliotheek, Utrecht, Hes, 1978.
·        LATHAM, R. en W. MATTHEWS (eds.), The Diary of Samuel Pepys, volume 5, Berkeley, University of California Press, 1971.
·        LOWYCK, A., Het moordlied in de Westhoek der Nederlanden-in-Frankrijk tot 1860, Poperinge, Werkgroep de Nederlanden, tweede editie, 1991.
·        “Nederlandse Liederenbank”, Website van het Meertens Instituut met meer dan 125.000 ontsloten liederen, van de middeleeuwen tot de twintigste eeuw, <http://www.liederenbank.nl/&gt;, geraadpleegd op 15 december 2007.
·        POLAK-SUETENS, J. (ed.), Inventaris pamfletten, Stadsarchief Antwerpen, 1520-1881, Antwerpen, 1983.
·        “Short Title Catalogue Netherlands (STCN)”, Website voor de Nederlandse retrospectieve bibliografie tussen 1540 en 1800, <http://www.stcn.be&gt;, geraadpleegd op 15 december 2007.
·        “Short Title Catalogus Vlaanderen (STCV)”, Digitale databank van de Vlaamse gedrukte werken uit de zeventiende eeuw, <http://www.stcv.be&gt;, geraadpleegd op 15 december 2007.
·        VAN SETTER, P. (ed.), “Index der gebodboeken”, in: Antwerpsch Archievenblad, 1, 1864, 120-464.
·        VOORDA, B., De criminele ordonnantiën van koning Philips van Spanje, laatsten graaf van Holland… verzeld van eene verhandeling over het verstand van de ordonnantie, Leiden, 1792.
·        VUYST, DE, J., Het moordlied in de Zuidelijke Nederlanden tot de 19de eeuw, Brussel, Aurelia, 1976.
 
Secundaire literatuur
·        ALBANESE, JR., R., “Historical and literary perceptions on XVIIth century French criminality”, in: Stanford French Review, IV, 1980, 417-433.
·        ARCHER, D. en L. ERLICH-ERFER, “Fear and Loading: Archival Traces of the Response to Extraordinary Violence”, in: Social Psychology Quarterly, 4, Vol. 54, December 1991, 343-352.
·        BAKER, M.H., e.a., “The Impact of a Crime Wave: Perceptions, Fear, and Confidence in the Police”, in: Law and Society Review, 17, 1983, 319-335.
·        BARAK, G. (ed.), Media, Process, and the Social Construction of Crime. Studies in Newsmaking Criminology, Londen/New York, Garland Publishing, 1994.
·        BARAK, G., “Media, Society, and Criminology.” In: BARAK, G. (ed.), Media, Process, and the Social Construction of Crime. Studies in Newsmaking Criminology, Londen/New York, Garland Publishing, 1994, 3-48.
·        BLONDÉ, B. en LIMBERGER, M., “De gebroken welvaart”, in: van Uytven, R. e.a., eds., De geschiedenis van Brabant. Van het hertogdom tot heden, Leuven/Zwolle, 2004, 307-330. 
·        BLONDÉ, B. en MARNEF, G., “Een gebroken cultureel elan?”, in: van Uytven, R. e.a., eds., De geschiedenis van Brabant. Van het hertogdom tot heden, Leuven/Zwolle, 2004, 343-357.
·        BOER, DEN, P., “Existentiële geschiedenis. Enkele Franse studies over dood en angst”, in: Tijdschrift voor Geschiedenis, 94, 1981, 58-70.
·        BULCK, VAN DEN, J., Television and Fear of Crime: Causal Explanations. The Relationship between Television and Fear of Crime: An Empirical Test of Three Causal Explanations, Leuven, Katholieke Universiteit Leuven, 2001.
·        CLARK, S., The Elizabethan pamphleteers: popular moralistic pamphlets 1580-1640, Londen, Athlone Press, 1983.
·        DANCKERT, W., Unerliche Leute. Die verfemten Berufe, München, Francke, 1963.
·        DARNTON, R., “An Early Information Society: News and the Media in Eighteenth-Century Paris”, in: The American Historical Review, 1, Vol. 105, February 2000, 1-35.
·        DARWIN, C., The Expression of the Emotions in Man and Animals [1872], in: DARWIN, C. en J.D. WATSON (ed.), Darwin: The Indelible Stamp. The Evolution of an Idea, Philadelphia, Running Press, 2005,1061-1257.
·        DAVIS, L.J., Factual Fictions: the origins of the English novel, New York, Columbia University Press, 1983.
·        DELUMEAU, J., “Déchristianisation ou nouveau modèle de christianisme’, in: Archives de sciences sociales des religions, 40, 1975, 3-20.
·        DELUMEAU, J., La peur en Occident, XIVe-XVIIe siècles. Une cité assiégée, Paris, Fayard, 1978.
·        DEPLOIGE, J., “Studying Emotions: The Medievalist as Human Scientist?” in: LECUPPRE-DESJARDIN, E. en A-L. BRUAENE, VAN (ed.), Emotions in the heart of the city (14th-16th century), Turnhout, Brepols, 2005, 3-24.
·        DIJCK, VAN, M.F., De pacificering van de Europese samenleving: Repressie, gedragspatronen en verstedelijking in Brabant tijdens de lange zestiende eeuw, onuitgegeven doctoraatsverhandeling, Universiteit Antwerpen, 2007.
·        DIJCK, VAN, M.F., ‘De stad als onafhankelijke variabele en centrum van moderniteit. Langetermijntrends in stedelijke en rurale criminaliteitspatronen in de Nederlanden (1300-1800)’, in: Stadsgeschiedenis, 1, 2006, 7-26.
·        DITTON, J. en S. FARRALL, The Fear of Crime, Ashgate, Publishing Company Alderschot, 2000.
·        EKMAN, P., “An Argument for Basic Emotions”, in: Cognition and Emotion, 6, 1992,169-200.
·        FISHMAN, M., “Crime waves as Ideology”, in: Social Problems, 25, Vol. 5, June 1978, 531-543.
·        FOUCAULT, M. [Vertaling: HEERING-MOORMAN, C.P.], Geschiedenis van de waanzin in de zeventiende en achttiende eeuw, Boom, Meppel, 1975.
·        FOX, A., “Ballads, libels and popular ridicule in Jacobean England”, in: Past and Present, 145, 1994, 47-83.
·        FURSTENBERG, F.F., JR., “Public Reaction to Crime in the Streets”, in: The American Scholar, 40, 1971, 601-610.
·        GASKILL, M., Crime and mentalities in early modern England, Cambridge, Cambridge University Press, 2000.
·        GRIJP, L., "Zangcultuur", in: DEKKER, T., H. ROODENBURG en G. ROOIJAKKERS (ed.), Volkscultuur. Inleiding in de Nederlandse etnologie, Nijmegen, SUN, 337-379.
·        HAKS, D., Huwelijk en gezin in Holland in de 17de en 18de eeuw: processtukken en moralisten over aspecten van het laat 17de- en 18de-eeuwse gezinsleven, Assen, Van Gorcum, 1982.
·        HALE, C., “Fear of Crime: A Review of the Literature”, in: International review of victimology, 4, 1996, 79-150.
·        HEATH, L., “Impact of newspaper crime reports on fear of crime: multi-methodological investigation.”, in: Journal of Personality and Social Psychology, 47, 1984, 263-276.
·        IZARD, C.E., Human Emotions, New York, Plenum Press, 1977.
·        JEWKES, Y., Media and Crime, Londen, Sage, 2004.
·        LAKE, P., “Deeds against nature: Cheap Print, Protestantism and Murder in Early Seventeenth Century England”, in: SHARPE, K. en LAKE, P., Culture and Politics in Early Stuart England, Stanford, California, 1993, 257-283.
·        LAMPO, J., “Boeken en drukkers”, in: Antwerpen in de zeventiende eeuw, Uitgaven van het Genootschap voor Antwerpse Geschiedenis, Vol. 1, 1989.
·        LEMBRECHTS, L., Newsmaking Criminology: een kritische analyse aan de hand van fear of crime, onuitgegeven licentiaatverhandeling, Katholieke Universiteit Leuven, 2005.
·        LEE, M., “The genesis of ‘fear of crime’”, in: Theoretical Criminology, 5, 2001, 467-485.
·        LICHTENSTEIN, S., e.a., “Judged Frequence of Lethal Events”, in: Journal of Experimental Psychology: Human Learning and Memory, 4/6, 1978, 551-578.
·        LISKA, A.E. en W. BACCAGLINI, “Feeling Safe by Comparison: Crime in the Newspapers”, in: Social Problems, 37, 1990, 360-374.
·        LÜSEBRINK, H-J., “Images et représentations sociales de la criminalité au XVIIIe siècle: l’exemple de Mandrin”, in : Revue d’histoire moderne et contemporaine, 25, 1979, 347-364.
·        LÜSEBRINK, H-J., “Kriminalität und Literatur im Frankreich des 18. Jahrhunderts. Literarische Formen, soziale Funktionen und Wissenkonstituenten von Kriminalitätsdarstellung im Zeitalter des Aufklärung, München, R. Oldenberg Verlag, 1983.
·        LUYCKX, T., “De gazettiers en hun octrooien tijdens het Ancien Régime”, in: Handelingen van het XXIVe Vlaams filologencongres, Leuven, 1961, 435-447.
·        MARNEF, G., Antwerpen in de tijd van de Reformatie. Ondergronds protestantisme in een handelsmetropool 1550-1577, Antwerpen, Kritak, 1996.
·        MARTIN, F., “De liedjeszanger als massamedium: Straatzangers in de achttiende en negentiende eeuw”, in: Tijdschrift voor Geschiedenis, 97, 1984, 422-446.

·        MEAD, M.,

 Coming of age in Samoa: a psychological study of primitive youth for Western civilisation [1928], New York, New American Library, 1951.

 

·        MOEILLER, G.L., “Fear of Criminal Victimization: The Effect of Neighbourhood Racial Composition”, in: Sociological Inquiry, 59, 1989, 209-221.
·        MUCHEMBLED, R., “Anthropologie de la violence dans la France moderne (XVe-XVIIIe siècle)”, in : Revue de synthèse, IV, 108, 1987, 31-55.
·        MUCHEMBLED, R., L’invention de l’homme moderne: sensibilités, moeurs et comportements collectifs sous l’Ancien Régime, Paris, Fayard, 1988.
·        NAIR, G., J. DITTON en S. PHILLIPS, “Environmental Improvements and the Fear of Crime: The Sad Case of the “Pond” Area in Glasgow”, in: British Journal of Criminology, 33, 1993, 555-561.
·        PEETERS, D., Cultivatie van onveiligheidsgevoelens door misdaadberichtgeving, onuitgegeven licentiaatverhandeling, Katholieke Universiteit Leuven, 2003.
·        RONDOU, T., De verspreiding van de periodieke pers, onuitgegeven licentiaatverhandeling, Katholieke Universiteit Leuven, 1992.
·        ROSENWEIN, B.H., “Worrying about Emotions in History”, in: American Historical Review, 107, 2002, 821-845.
·        RUFF, J.R., Violence in Early Modern Europe, 1500-1800, Cambridge, Cambridge University Press, 2001.
·        SEGUIN, J.-P., L’Information en France avant le périodique: 517 canards imprimés entre 1529 et 1631, Parijs, G.-P. Maisonneuve et Larose, 1964.
·        SHARPE, J.A., ““Last Dying Speeches”: Religion, Ideology and Public Execution in Seventeenth-Century England”, in: Past and Present, 107, Mei 1985, 144-167.
·        SHORTER, The making of the modern family, New York, Basic Books, 1977.
·        SOLY, H., “Sociale relaties in Antwerpen tijdens de 16de en 17de eeuw”, in: VAN DER STOCK, J., Antwerpen, verhaal van een metropool: 16-17de eeuw, Gent, Snoeck-Ducaju, 1993, 37-47.
·        STONE, L., The family, sex and marriage in England, 1500-1800, Londen, New York, Harper & Row, 1977.
·        STRIJBOSCH, C., “Vogelnestjes in de marge: De overlevering van Middelnederlandse liederen in bronnen tot 1500” in: WILLAERT, F. (ed.), Veelderhande Liedekens: Studies over het Nederlandse lied tot 1600, Antwerpen, Peeters, 1997, 19-29.
·        THOMAS, K., Religion and the decline of magic: studies in popular beliefs in sixteenth and seventeenth century England, Londen, Weidenfeld, 1971.
·        TOP, S., e.a., Komt vrienden, luistert naar mijn lied. Aspecten van de marktzanger in Vlaanderen (1750-1950), Tielt, Lannoo, 1985.
·        VERKRUIJSE, P., “‘Gedruckt in seghwaer, op de pars der lijdtsaemheyt’ Boekwetenschap en pamfletliteratuur”, in: KRUIF, de, J., M. MEIJER DREES en J. SALMAN (eds.), Het lange leven van het pamflet: boekhistorische, iconografische, literaire en politieke aspecten van pamfletten, 1600-1900, Hilversum, Verloren, 2006, 31-43.
·        VERSTAPPEN, L., Vinden we in de eerste gedrukte “kranten” uit de Zuidelijke Nederlanden sporen van enige publieke opinievorming in de Nederlanden terug? Abraham Verhoeven (1575-1632) en zijn (Nieuwe) Tijdinghen, ongepubliceerde bachelorscriptie, Universiteit Antwerpen, 2007.
·        VOET, L. “Abraham Verhoeven en de Antwerpse pers”, in: De Gulden Passer XXXI, 1953, 1-37.
·        VUYST, DE, J., Het moordlied in de Zuidelijke Nederlanden (XXe eeuw), Brussel, Aurelia, 1977.
·        WIENEN, M., “Hoe hield de marktzanger zijn toehoorders in de ban van zijn lied? Kort onderzoek naar de retorische technieken gebruikt in het moordlied”, in: Volkskunde, 96, 1995, 154-175.
·        WILLIAMS, P. en J. DICKINSON, “Fear of Crime: Read All About it? The Relationship between Newspaper Crime Reporting and Fear of Crime”, in: British Journal of Criminology, 33, 1993, 33-56.
·        WILTENBURG, J., “True crime: The origins of Modern Sensationalism”, in: The American Historical Review, 109, 2004, 1377-1404.
 

Download scriptie (215.75 KB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Antwerpen
Thesis jaar
2008