Mettre des Pierres autour des Idées. Paul Otlet, de Cité Mondiale en de modernistische stedenbouw in de jaren 1930

Thomas
Pearce

Archeologie van een denkbeeldig bouwwerk: Paul Otlets wereldstadutopie



Een alternatief voor het Atomium

Als een paal boven water staat het Atomium te blinken op de Heizel. Een bouwwerk is een onweerlegbaar feit, dat weinig discussie duldt. Onwrikbaar bezet het Atomium niet alleen de fysieke ruimte, maar ook de mentale ruimte van ons collectief nationaal geheugen. Men zou bijna vergeten dat het ook anders had kunnen lopen. Bijna.

In 1958 was immers niet iedereen tevreden met de plannen voor de wereldtentoonstelling. Le Corbusier had het bijvoorbeeld liever anders gezien. Het enfant terrible van het modernisme en wellicht de bekendste architect van de twintigste eeuw oogstte op de Heizel weliswaar succes met zijn visionaire Philips-paviljoen. Toch vond hij dat er iets ontbrak op de wereldtentoonstelling. Of beter: dat er iemand ontbrak. Die iemand was Paul Otlet. Al tijdens de voorbereidingen van Expo 58 had de architect zich bij de organisatie beklaagd over de afwezigheid van een hulde aan zijn overleden vriend. De Belgische architect Stanlislas Jasinski, een groot bewonderaar van Le Corbusier, dacht er niet anders over. Daarom ontwierp hij een alternatief voor het Atomium. Hij droeg het indrukwekkende bouwwerk op aan Otlet en doopte het ‘Mundaneum’. Maar wie was deze Otlet en wat was dit Mundaneum dat de architecten aan hem wouden opdragen?

 

Van kennissynthese tot wereldstad

Paul Otlet (1868-1944) was Brusselaar, universeel intellectueel en fulltime utopist. Zijn droom: een synthese van alle menselijke kennis. Reeds als jongeman begon hij te zoeken naar manieren om deze synthese mogelijk te maken. Zo ontwikkelde hij het idee van een universele bibliografie. Die moest het geheel van publicaties van alle tijden en plaatsen in kaart brengen en toegankelijk maken. Ambitieus? Zeker. Onrealistisch? Niet noodzakelijk. Het aantal publicaties wereldwijd was rond 1900 immers slechts een fractie van wat nu beschikbaar is. Otlet genoot dan ook de enthousiaste steun van zijn tijdgenoten. Eén van hen was Leopold II. De roemruchte Belgische koning stemde in met Otlets plan om op de Brusselse Kunstberg een soort wereldkenniscentrum te stichten.

Maar de omstandigheden zaten tegen. Eerst stierf Otlets beschermheer Leopold II. Vervolgens was er de verwoestende Eerste Wereldoorlog en de moeizame wederopbouw erna. Otlet verloor de moed echter niet. In tegendeel. Hoe onrealistischer de verwezenlijking van zijn droom werd, hoe grootser deze droom zelf leek te worden. Dus werd de wereldbibliografie in Otlets verbeelding uitgebreid met een wereldbibliotheek, een wereldmuseum (Mundaneum) en een werelduniversiteit. Samen zouden zij verzameld worden in Otlets ultieme fantasie: de wereldstad, die uiteindelijk zou bijdragen tot de realisering van de wereldvrede. Tot zijn dood bleef Otlet de bouw van deze wereldstad onvermoeid en halsstarrig verdedigen.

 

Het poetsdoekje van de historicus

Het lijkt een aandoenlijk verhaal. En precies op die manier duikt Otlet in de recente literatuur op: aandoenlijk. Een charmante oudere man met baard en bril, een beetje wereldvreemd, misschien zelfs lichtjes gaga, levend in de waanvoorstelling van zijn ideale stad. De term utopist werkt hier als ontmijner: het eenvoudige feit dat geen steen van Mundaneum noch Wereldstad ooit werd gelegd doet ons besluiten dat de gehele idee irrelevant of toch tenminste oninteressant is. En zo is Otlet meteen historisch onschadelijk gemaakt. Maar laten we onze historische bril, misschien al te zeer bewasemd door de literaire aantrekkingskracht van het falen, eens schoonwrijven. Het poetsdoekje hiervoor heet archiefonderzoek. Het is een werk van lange adem, van boemeltreinen en stoflongen, maar het loont.

Otlet verschijnt dan plotseling als een bijzonder rijk historisch figuur. Een figuur die tijdens zijn leven overduidelijk buitengewoon gereputeerd was. In het bijzonder bij architecten genoot hij veel aanzien. De kringen waarbinnen Otlet zich bewoog waren dan ook niet min: Henry Vandevelde ontwierp zijn huis in Elsene, bij Victor Horta ging wel eens op de koffie en Le Corbusier rekende hem tot zijn goede vrienden. Het lijkt alsof hij bij deze architecten door zijn reputatie als universeel intellectueel de status van theoreticus wist te verwerven. Aan vrijwilligers voor het vormgeven van zijn wereldstad schoot het hem dan ook niet te kort. Een speurtocht door de Belgische architectuurarchieven heen op zoek naar sporen van deze wereldstad is hierdoor ook een rit doorheen de architectuurgeschiedenis van de eerste helft van de twintigste eeuw.

En in deze geschiedenis lijkt zich een merkwaardig patroon af te tekenen: hoe onwaarschijnlijker de verwerkelijking van de wereldstad werd, hoe gretiger architecten in de rij stonden om haar gestalte te geven. De jaren dertig werden gekenmerkt door een aanslepende economische crisis en toenemende internationale onrust - niet bepaald een gunstig klimaat voor een project als dat van Otlet. Desondanks was het een bijzonder productieve architecturale periode. Een avant-garde van modernistische architecten (onder hen Le Corbusier, Victor Bourgeois, Huib Hoste en Raphael Verwilghen) ontwierp toen talloze bijzonder knappe wereldsteden voor verschillende locaties in België.

 

Een middelvinger naar de Linkeroever

Een mooi voorbeeld van deze bedrijvigheid is de Antwerpse Linkeroever. Deze was tot in de jaren dertig niet meer dan polderland, ‘een stedenbouwkundige woestijn’, in de woorden van Otlet, ‘op minder dan vijfhonderd meter van het stadhuis’. Toen in 1932 een wedstrijd werd uitgeschreven voor de urbanisatie van dit gebied, stond het resultaat al op voorhand vast: het zou gaan om een eenvoudige verkaveling van de Linkeroever, gericht op winst en woonst en zonder doordacht stedenbouwkundig concept. Deze situatie verklaart het ogenschijnlijk absurde voorstel van een groot aantal deelnemers aan de wedstrijd: op de Linkeroever moest niets minder dan de wereldstad gebouwd worden! De wereldstad was een statement, een provocatie. Ze was een middelvinger naar een bekrompen visie op stedenbouw en architectuur die in België de overhand voerde.

De term utopie verschijnt hier niet meer als ontmijnend, maar als ondermijnend. Ze herwint de originele maatschappijkritische betekenis die haar bedenker Thomas Morus haar meegaf. En precies daar ligt haar historische relevantie. Wie vandaag een wandelingetje waagt over de kale Kunstberg of de troosteloze Linkeroever kan moeilijk ontkennen dat de vraag naar historische alternatieven een leerrijke denkoefening is. En dat hoewel het Mundaneum en de wereldstad nooit een bouwwerk en daardoor nooit een feit werden. Op de Expo in 1958 miste Otlet zijn laatste kans en viel door de mazen van het Belgische collectieve geheugen. Le Corbusiers poging om er ode te brengen aan zijn vriend, die hij toen al als ‘vergeten voorloper’ klasseerde, faalden. ‘Maar ik weet’, zo schreef hij in een brief aan de organisatoren van de Expo, ‘dat Paul Otlet in zijn eigen land maar slecht begrepen werd.’

Bibliografie

Bibliografie Bronnen Archivalia

 

Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven, Antwerpen (AMVC)

            -O 402, Brieven van en aan Paul Otlet.

 

Archives de l’Architecture Moderne, Elsene (AAM)

            -fonds Victor Bourgeois

                        1928: Urbaneumproject voor Brussel: plannen, perspectieven.

1930: foto’s van het derde Congrès International d'Architecture Moderne in het Paleis voor Schone Kunsten te Brussel.

1932: Project voor een Cité Mondiale in Tervuren: omgevingsplannen, plannen.

-fonds Emile Henvaux

1930: project voor de inrichting van de Linkeroever te Antwerpen: perspectieven.

-fonds Stanislas Jasinski

1932: ‘Concours pour l'aménagement de la rive gauche à Anvers en ville internationale-Mundaneum (collaborateur R.Delville)’: plannen, perspectieven.

1941: project voor een Mundaneum: perspectieven.

1958: project voor een Mundaneum voor de Wereldtentoonstelling te Brussel in 1958: uitvoeringsplannen, perspectieven.

            -fonds Oscar Van Rysselberghe

                        1911: project voor een Cité Mondiale.

 

Fondation Le Corbusier, Parijs (FLC)

-2 11 358, 1957.10.03, Brief van Le Corbusier aan de Commissaris-generaal van Expo 58.

 

Mundaneum-archief, Bergen (MDN)  

            -fonds Amis du Palais Mondial

                        MDN-APM Urbaneum

                        MDN-APM-CM-S.D.N                   

-fonds Cité Mondiale

            MDN-CM1-16

            MDN-CMII

-fonds Encyclopedia Universalis Mundaneum

            MDN-EUM10

            MDN-EUM54

            MDN-EUM70

-fonds Union des Associations Internationales

            MDN-UAI/AM/2006/014

            MDN-UAI/AM/2006/018

 

Sint-Lukasarchief, Schaarbeek (SLA)

-fonds Verwilghen: n°7679, Bruxelles, son urbanisation, son outillage, ses activités. L’Exposition Universelle de 1935 et après. Bruxelles Centre Internationalle.

 

Verwilghen-archief Campusbibliotheek, Arenberg (VRWL)

-         Doss. 1.2.20

-         Doss.1.3.2.9

-         Doss.3.27

-         Doss. 3.8

-         Doss.4.1.4.3.5

-         Doss. 8.6

  Publicaties

'A la demande d'un esprit curieux, actif en indépendant', in: Bruxelles, nr.5 (1933) 5.

H. C. Andersen, La Conscience Mondiale. Société internationale pour favoriser la création d'un Centre mondial (Rome 1916).

H. C. Andersen en E. M. Hébrard, Creation of a World Centre of Communication (Parijs 1913).

Annuaire de l'Université Internationale 1922. Statut, programme, organisation, sessions (Brussel 1922).

'Anvers, Métropole de la Belgique', in: L'Emulation, nr.11 (1933) 227-229.

'Après Anvers-Liège 1930: Bruxelles 1935', in: La Cité, nr.12, 9 (1931) 149-156.

'Architekt Le Corbusier over: Anvers, aurore ou crépuscule. La Révolution Architecturale. La Rive Gauche. Zaal Grüter, 19-10-33.' in: K.M.B.A., nr.11, 4 (1933) 182-186.

M. Bill red., Le Corbusier et Pierre Jeanneret. Oeuvre complète 1934-1938 (Zürich 1945).

W. Boesiger red., Le Corbusier et Pierre Jeanneret. Oeuvre complète 1929-1934 (Zürich 1947).

W. Boesiger en O. Stonorov red., Le Corbusier et Pierre Jeanneret. Oeuvre complète 1910-1929 (Zürich 1948).

P. Bonduelle, 'Le concours de l'I.M.A.L.S.O.' in: L'Emulation, nr.3, 53 (1933) 241-248.

V. Bourgeois, 'Le Grand Bruxelles', in: La Cité, nr.11, 8 (1930) 165-179.

V. Bourgeois, 'Intervention au Rouge et Noir dans le débat sur la Jonction (9 janvier 1931)', in: L'Emulation, nr.1, 51 (1931) 18-21.

V. Bourgeois, 'La Conférence de la Société d'Architecture de Belgique', in: L'Emulation, nr.8, 51 (1931) 258-261.

V. Bourgeois, 'L'urbanisation du Grand Bruxelles', in: L'Emulation, nr.6, 52 (1932) 167-183.

V. Bourgeois, 'Le concours internationale pour l'urbanisation de la rive gauche de l'Escaut, à Anvers', in: La Cité, nr.8, 11 (1933) 145-150 en 158-161.

V. Bourgeois, 'Malheurs et espoirs de Tervueren', in: Bruxelles, nr.8 (1933) 4-9.

V. Bourgeois, 'Het Plan Groot Brussel, "La Cité Mondiale"', in: De 8 en Opbouw (1935) 234-239.

G. Brunfaut, 'A propos de l'urbanisme d'Anvers rive gauche', in: L'Emulation, nr.11 (1933) 232-235.

'Bruxelles, ses hommes, ses institutions, son architecture', in: Bruxelles, nr.1 (1933) 1933.

J. Caluwaers, 'Le Mont des Arts de Bruxelles', in: L'Emulation, nr.9-10, 46 (1926) 121-127 en 129-133.

M. Casteels, 'Une Maison de Brabant', in: Savoir et Beauté, nr.1 (1932) 19-21.

'Conférences organisées par la S.B.U.A.M.' in: La Cité, nr.10, 11 (1933) 199.

M. Deletang, 'Eglises Nouvelles, Saint Therèse de L'Enfant Jésus, à Dilbeek. Saint Alix, à Jolibois (Woluwé-Saint Pierre). Architecte: Léonard Homez', in: Batir, nr.84 (1939) 469-471.

'Demande présentée au Gouvernement et au Parlement de Belgique au sujet de la Cité Mondiale', in: Periodicum Mundaneum, nr.11 (1931) s.p.

'De verklaring van La Sarraz [1928]', in: H. Heynen red., Dat is architectuur. Sleutelteksten uit de twintigste eeuw (Rotterdam 2001) 173-176.

‘Een monument voor het eeuwfeest’, in: K.M.B.A., nr.6 (1930) 89.

J. Eggerickx en R. Verwilghen, 'Antwerpen West', in: Opbouwen, nr.16, 3 (1933) 266-269.

'Exposition de la commision d'études pour l'aménagement du Grand-Anvers', in: L'Emulation, nr.11, 52 (1932) 323.

G. France, 'Le nouveau service des notes techniques de La Cité suivant la Classification Décimale Universelle', in: La Cité, nr.12, 11 (1933) 236-237.

M. Heymans, 'Antwerpen Linkeroever', in: Opbouwen, nr.17, 3 (1933) 284-286.

M. Heymans, '"Urbanisme"?' in: L'Epoque, nr.4, 2 (1934) 61-71.

M. Heymans, 'Réflexions sur le concours du Mont des Arts', in: L'Epoque, nr.1, 5 (1938) 7-12.

H. Hoste, 'Een nieuwe stad op de Linkeroever', in: Jong Dietschland, nr.30, 7 (1933) 478-479.

H. Hoste, 'Linkeroeverkroniek', in: Opbouwen, nr.14, 3 (1933) 245-249.

H. Hoste, 'Linkeroeverkroniek', in: Opbouwen, nr.17, 3 (1933) 287-288.

H. Hoste, 'Linkeroeverkroniek', in: Opbouwen, nr.19, 3 (1933) 331-332.

H. Hoste, 'Toelichtende nota bij het ontwerp van Le Cobusier-Jeanneret, Hoste, Loquet', in: Opbouwen, nr.11, 3 (1933) 388-390.

'Internationale wedstrijd voor de aanleg van de Linkerscheldeoever. Verslag van de jury', in: K.M.B.A., nr.9-12 (1933) 132 e.v.

'L. Homez, Archit. U.P.A. Bruxelles. Habitation à Ixelles, 1928', in: L'Epoque, nr.8, 1 (1933) 131.

'La Bibliothèque Albertine', in: L'Emulation, nr.10, 54 (1934) 157-169.

'La Cité Mondiale et l'Exposition de 1935', in: Le Mouvement Communal, nr.133 (1932) 226.

'La Cité Mondiale', in: Periodicum Mundaneum, nr.3 (1931) 28-30.

'La Crise de l'imagination sociale', in: Bruxelles, nr.6 (1933) 25-26.

'L'Affaire du Palais Mondial', in: Bruxelles, nr.9 (1934) 17.

'L'Albertine', in: L'Epoque, nr.3, 2 (1934) 80.

'L'Aménagement de la Rive Gauche à Anvers', in: La Cité, nr.7, 11 (1933) 139-140.

'Le chômage des architectes. XVe Congrès National des architectes. Rapport presenté par la Société Royale des Architectes d'Anvers', in: La Cité, 13 (1935) 96-100.

'Le Concours en vue de l'édification de la bibliothèque Albert I', in: L'Epoque, nr.10, 5 (1938) 149-159.

'Le Concours pour l'Aménagement de la Rive Gauche de l'Escaut, à Anvers', in: La Cité, nr.4, 11 (1933) 71-72.

Le Corbusier en A. Ozenfant, 'Na het kubisme [1918]', in: H. Heynen red., Dat is Architectuur. Sleutelteksten uit de twintigste eeuw (Rotterdam 2001) 88-90.

Le Corbusier, 'Naar een architectuur [1923]', in: H. Heynen red., Dat is Architectuur. Sleutelteksten uit de twintigste eeuw (Rotterdam 2001) 124-131.

Le Corbusier, 'Ter verdediging van de architectuur [1929]', in: Oase, nr.41 (1994) 57-69.

Le Corbusier, La Ville Radieuse. Eléments d'une doctrine d'urbanisme pour l'équipement de la civilisation machiniste (Boulogne 1935).

Le Corbusier, 'Un nouvel ordre de grandeur des éléments urbains, une nouvelle unité d'habitation', in: L'Epoque, nr.6, 3 (1935) 289-293.

'Le Corbusier over het Linker-Oever-Plan', in: Opbouwen, nr.1, 5 (1937) 2-6.

A. Ledent, 'Esquisse d'urbanisation d'une capitale. Bruxelles, son passé, son avenir', in: L'Emulation, nr.7-8-9-10, 58 (1938).

Les Amis du Palais Mondial, Paul Otlet. La Cité Mondiale (Brussel 1945).

'Les Unions de Villes et leur activité Bibliographique: la revue Bruxelles', in: Le Mouvement Communal, nr.114 (1933) 59-61.

'L'exposition annuelle de la S.C.A.B.' in: L'Emulation, nr.2, 53 (1933) 23 e.v.

'L'Exposition de Bruxelles et sa continuité en un grand centre international permanent', in: Periodicum Mundaneum, nr.8 (1935) s.p.

'L'exposition de l'Union Professionelle des Architectes S.L.B.' in: L'Epoque, nr.2, 5 (1938) 17-27.

G. Lorphèvre, 'Otlet (Paul)', in: Biographie Nationale, deel 4 (1962) 545-556.

L. Mumford, 'What is a city? [1937]', in: R. T. Le Gates en F. Stout red., The City Reader (Londen / New York 2000) 92-96.

'Nos souverains. Albert 1er - Léopold III', in: Le Mouvement Communal, nr.157 (1934) 55-57.

'Nous voulons la Jonction et l'électrification de tout réseau central', in: Bruxelles, nr.9 (1934) 10-11.

'Ontwerp van den Heer E. van Leemputten', in: K.M.B.A., nr.1, 5 (1934) 17-19.

P. Otlet, L'Afrique aux Noirs (Brussel 1888).

P. Otlet, L'Exposition Universelle de 1930 en Belgique et l'établissement d'une Cité Internationale (Brussel 1921).

P. Otlet, Le siège définitif de la Société des Nations en une Cité Mondiale, centre autonome et exterritorialisé des organismes internationaux (Brussel 1926).

P. Otlet, 'Léopold II et nos villes', in: Le Mouvement Communal, nr.72 (1927).

P. Otlet, Mundaneum. Le Nouveau Palais Mondial organisé en Centre Intellectuel International (Brussel 1927).

P. Otlet, 'Genève - Cité Internationale', in: Le Mouvement Communal, nr.92 (1928) 359-364.

P. Otlet, 'Les communes et la rationalisation de l'enseignement', in: Le Mouvement Communal, nr.91 (1928) 346-352.

P. Otlet, ‘Les Communes et le Centenaire’, in: Le Mouvement Communal, nr.98 (1928) 659-663.

P. Otlet en Le Corbusier, Mundaneum (Brussel 1928).

P. Otlet, Geneva, World Civic Centre, Mundaneum (Brussel 1929).

P. Otlet, 'Bruxelles, vraie Capitale', in: Le Mouvement Communal, nr.116 (1930) 378-379.

P. Otlet, 'Louis van der Swaelmen et le Palais Mondial', in: La Cité, nr.8, 6 (1930) 97.

P. Otlet, Sur les possibilités pour les entités administratives d'avoir à tout moment leur situation présentée documentairement. Rapport au IVe Congrès International des Sciences Administratives, Madrid, 1930 (Brussel 1930).

P. Otlet, 'La Cité Mondiale', in: Palais Mondial. Mundaneum. Bulletin périodique, nr.4 (1931) 28-30.

P. Otlet, 'Le Monument du centenaire de la Belgique. Le Mundaneum - le Belganeum', in: Palais Mondial, nr.16 (1931) 5-8.

P. Otlet, 'L'Urbaneum. Bruxelles, Cité Mondiale, Bruxelles, grand ville, Bruxelles, capitale de la Belgique', in: La Cité, nr.10, 9 (1931) 121-129.

P. Otlet, La Banque mondiale et le plan économique mondial. Les conditions et les conséquences de la crise (Brussel 1932).

P. Otlet, 'Sous la signe de la Paix. La Cité Mondiale', in: La Cité Moderne. Magazine synthétique des conceptions de notre temps, nr.21, 3 (1932) 8-11.

P. Otlet, 'Anvers qui va grandir', in: Le Mouvement Communal, nr.150 (1933) 245-248.

P. Otlet, 'De Wereldstad te Antwerpen', in: Opbouwen, nr.8, 3 (1933) 114-116.

P. Otlet, 'Elaboration d'un nouveau Tervueren', in: Bruxelles, nr.8 (1933) 14-15.

P. Otlet, 'Eveil et assoupissement de l'Ecole Mondiale', in: Bruxelles, nr.8 (1933) 13-14.

P. Otlet, La Cité Mondiale à Anvers (Brussel 1933).

P. Otlet, 'La Cité Mondiale à Anvers', in: La Cité, nr.4, 11 (1933) 73-74.

P. Otlet, 'La grande question', in: Bruxelles, nr.4 (1933) 29.

P. Otlet, De Wereldstad en de Vlamingen (Brussel 1934).

P. Otlet, 'Sociologie et urbanisme', in: L'Epoque, nr.4-5, 2 (1934) 72-76 en 81-92.

P. Otlet, Traité de documentation. Le Livre sur le Livre. Théorie et pratique (Brussel 1934).

P. Otlet, Monde. Essai d'Universalisme. Connaissance du Monde, Sentiment du Monde, Action organisée et Plan du Monde (Brussel 1935).

P. Otlet, Plan Belgique. Essai d'un plan général économique, social, culturel. Plan d'urbanisation national. Liaison avec le Plan mondial. Conditions, Problèmes, Solutions, Réformes (Brussel 1935).

P. Otlet, Plan Mondial. Constitution Mondial. Cité Mondiale (Brussel 1935).

P. Otlet, 'La Cité Mondiale', in: Periodicum Mundaneum, nr.1 (1936) s.p.

P. Otlet, 'Mont des Arts Albertine. Un grand concours', in: l'Epoque, nr.1, 5 (1938) 2-6.

P. Otlet, 'Le transfert du Mundaneum en Amérique et l'établissement d'un foyer mondial dans le Nouveau Monde', in: Periodicum Mundaneum, nr.4 (1939) 3-4.

P. Otlet, Belgium=Belganeum. Mundus=Mundaneum. A Bruxelles (Cinquantenaire), centre national de la vie intellectuelle; à Anvers (rive gauche), la Cité Mondial. Synthèse et plans (Brussel 1942).

P. Otlet, La Cité Mondiale. Civitas Mundaneum (Brussel 1943).

P. Otlet, Atlas Bruxelles. Encyclopédie des connaissances relatives à la cité. Textes, illustrations, schémas, plans (Brussel 1944).

P. Otlet, Brusellaneum. Atlas des études et de la démonstration de l'Urbaneum-Bruxelles. (Brussel 1945).

P. Otlet, Traité de documentation. Le Livre sur le Livre. Théorie et pratique (Centre de Lecture publique de la Communauté française de Belgique) (Luik 1989).

F. Peeters, 'La bibliothèque Albert I', in: La Cité, nr.2-3, 13 (1936) 26-29 en 33-36.

'Projet d'Aménagement étudié par la S.R.A.A.' in: L'Emulation, nr.11 (1932) 341-342.

'Projet des architectes Bodart et Vyvermans', in: La Cité, nr.8, 11 (1933) 164-165.

'Projet des architectes Eggerickx et Verwilghen', in: La Cité, nr.8, 11 (1933) 154-157.

'Projet des architectes Le Corbusier, Jeanneret, Hoste et Loquet', in: La Cité, nr.8, 11 (1933) 150-154.

'Projet des architectes Le Corbusier, Jeanneret, Hoste et Loquet', in: L'Emulation, nr.11, 53 (1933) 232-235.

'Réalisme: la mise en ordre des aggolmérations. Léopold trois, roi urbaniste', in: Bruxelles, nr.8 (1934) 1.

G. de Ridder, 'Stedenbouw te Antwerpen', in: K.M.B.A., nr.10, 3 (1932) 185-197.

M. Schmitz, 'Le rôle social de l'urbanisme', in: Bruxelles, nr.8 (1934) 2-3.

M. Schmitz, 'Rapport sur l'urbanisme', in: La Cité, 13 (1935) 62-64.

M. Steinmann red., CIAM Dokumente 1928-1939 (Basel 1979).

'Studiekomité voor het Plan van de Linkeroever en Groot-Antwerpen', in: Opbouwen, nr.19, 3 (1933) 321-322.

L. van der Swaelmen, Pour la Réconstruction de la Belgique. Préliminaires d'art civique, mis en relation avec le "cas clinique" de la Belgique (Leiden 1915).

K. Teige, 'Mundaneum [1929]', in: Oase, nr.41 (1994) 34-42.

Urbanisation, habitation. Rapports et compte rendu des Journées de l'Urbanisme et de l'Habitation des 25 et 26 avril 1931 (Brussel 1931).

P. J. J. Verbruggen, 'La bibliothèque Albertine', in: La Cité, 12 (1934) 100.

P. J. J. Verbruggen en G. France, 'Nieuw Antwerpen', in: Opbouwen, nr.19, 3 (1933) 328-330.

'Vers la réalisation de la Cité Mondiale à Anvers', in: Periodicum Mundaneum, nr.4 (1945) s.p.

'Vers une trève? La paix bruxelloise de 1935', in: Bruxelles, nr.9 (1934) 11.

R. Verwilghen, 'L'enseignement de l'urbanisme', in: La Cité, nr.11, 11 (1933) 17-21.

R. Verwilghen, 'L'Urbanisation du Grand-Anvers. A propos d'une exposition récente et du concours actuellement ouvert', in: La Cité, nr.1, 11 (1933) 15-20.

E. Vinck, 'La loi d'urbanisation', in: Le Mouvement Communal, nr.182 (1936) 121.

'Voulons-nous être à l'arrière-garde des capitales? Le nouveau Paris s'élabore. A quand le nouveau Bruxelles?' in: Bruxelles, nr.9 (1934) 5.

Secundaire literatuur

S. Alavoine-Muller, 'Un globe terrestre pour l'Exposition universelle de 1900. L'utopie géographique d'Elisée Reclus', in: l'Espace Géographique, nr.2 (2003) 156-170.

'Architectural archives disclosed', in: B. de Meulder en K. van Herck red., Vacant City. Brussels' Mont des Arts reconsidered (Brussel 2000) 107-189.

Archives d'Architecture Moderne. Catalogue des Collections. Tome II (Brussel 1999).

J. Aron, La Cambre et l'architecture. Un regard sur le Bauhaus belge (Brussel 1982).

P. Aron, 'La vie intellectuel en Belgique à la fin du XIXe siècle', in: Cent ans de l'Office International de Bibliographie (Bergen 1995) 17-32.

R. Balau, 'Paul Otlet, Georges Hobé, Namur-Citadelle et Grands Travaux. Documents inédits', in: Le Mundanéen, nr.13 (1999) s.p.

H. Balthazar, 'Het maatschappelijk-politieke leven in België 1918-1940', in: Algemene geschiedenis van de Nederlanden, deel 14: Nederland en België 1914-1940 (Haarlem 1979) 147-199.

G. Bekaert, 'Modern classisism or the critical function of regionalism', in: H. Heynen en H.-J. Henket red., Back from Utopia. The challenge of the Modern Movement (Rotterdam 2002) 92-101.

T. Benton, 'The era of great projects', in: T. Benton red., Le Corbusier. Architect of the Century (Londen 1987) 164-199.

T. Benton, 'Urbanism', in: T. Benton red., Le Corbusier. Architect of the Century (Londen 1987) 200-237.

Berlage Instituut Rotterdam, Brussels, a manifesto. Towards the capital of Europe (Rotterdam 2007).

T. Boon, Ter Kameren. De kunstschool onder de doctrinaire sluier, Licenciaatsverhandeling K.U.Leuven (2007).

K. Bosma, 'Mensheid. H.P. Berlage's Pantheon der Menschheid', in: M. de Keizer red., Utopie. Utopisch denken, doen en bouwen in de twintigste eeuw (Zutphen 2002) 73-77.

A. Brauman en M. Demanet, Le Parc Léopold 1850-1950. Le zoo, la cité scientifique et la ville (Brussel 1985).

G. de Bruyn, Die Diktatur der Philantropen. Entwicklung des Stadtplanung aus dem utopischen Denken (Braunschweig / Wiesbaden 1997).

L. Catherine, Léopold II. La folie des grandeurs (Brussel 2004).

L. de Cauter, 'Over wereldtentoonstellingen. Opkomst en verval van de panoramische blik', in: M. Nauwelaerts en J.-L. Grootaers red., De panoramische droom. Antwerpen en de wereldtentoonstellingen, 1885, 1894, 1930. Tentoonstellingscatalogus (Antwerpen 1993) 37-49.

L. de Cauter, 'De machine als paradigma', in: H. Heynen red., Dat is Architectuur. Sleutelteksten uit de twintigste eeuw (Rotterdam 2001) 747-754.

L. de Cauter, 'Modernisme en (anti)classicisme', in: H. Heynen red., Dat is Architectuur. Sleutelteksten uit de twintigste eeuw (Rotterdam 2001) 693-698.

L. de Cauter, 'Utopie', in: H. Heynen red., Dat is architectuur. Sleutelteksten uit de twintigste eeuw (Rotterdam 2001) 844-855.

L. de Cauter, L. de Clercq en B. de Meulder, 'Van "Exposition Coloniale" naar "Cité Mondiale". Tervuren als koloniale site', in: H. Asselberghs en D. Lesage red., Het museum van de natie. Van kolonialisme tot globalisering (Brussel 1999) 45-72.

B. Cerisier, 'Dans les tiroirs du Mundaneum', in: Le Mundanéen, nr.13 (1999) s.p.

P. Chabard, 'Towers and Globes. Architectural and epistemological differences between Patrick Geddes' Outlook Tower and Paul Otlet’s Mundaneums'. Lezing gegeven op de conferentie 'European Modernism and the information society', University of Ilinois, Urbana-Champaign, 6-8 mei 2005.

F. Choay, 'Utopie', in: P. Merlin en F. Choay red., Dictionnaire de l'urbanisme et de l'aménagement (Parijs 1996) 832-836.

J.-L. Cohen, Le Corbusier et la mystique de l'USSR. Théories et projets pour Moscou, 1928-1936 (Brussel 1987).

R. Commers en P. Lombaerde, Le Corbusier en de Linkeroever te Antwerpen (Antwerpen 1987).

T. Coomans, 'Wereldtentoonstellingen', in: A. van Loo red., Repertorium van de architectuur in België (Antwerpen 2003) 570-577.

C. Courtiau, 'La Cité Internationale 1927-1931', in: Transnational Associations, nr.5 (1987) 255-266.

C. Courtiau, 'La Cité Internationale, 1927-1931', in: I. Charrollais en A. Ducret red., Le Corbusier à Genève 1922-1932. Projets et Réalisations. (Lausanne 1987) 53-69.

C. Courtiau, 'L'épopée de la Cité Mondiale de Paul Otlet', in: Lectures, nr.41 (1988) 13-17.

C. Courtiau, 'Les rélations entre Otlet et Genève', in: Transnational Associations, nr.1-2 (2003) 60-71.

M. Couttenier, Congo tentoongesteld. Een geschiedenis van de Belgische antropologie en het museum van Tervuren (1882-1925) (Leuven 2005).

M. Culot, 'Urbanisme. Victor Bourgeois après Victor Bourgeois', in: Victor Bourgeois 1897-1962. Tentoonstellingscatalogus (Brussel 1971) 10-19.

R. Day, 'Paul Otlet's book and the writing of social space', in: Journal of the American Society for Information Science, 48 (1997) 310-317.

M. Dehaene, A descriptive tradition in urbanism. Patrick Abercrombie and the legacy of Geddesian survey, Doctoraatsverhandeling K.U.Leuven (2002).

M. Dehaene, 'Survey and the assimilation of a modernist narrative in urbanism', in: Journal of Architecture, nr.1, 7 (2002) 33-55.

C. Deligne, 'La ville vue du train. Vision de Bruxelles dans les débats relatifs à la Jonction (1900-1960)', in: S. Jaumain red., Bruxelles et la Jonction Nord-Midi. Brussel en de Noord-Zuidverbinding (Brussel 2004) 69-80.

J. Delmee, 'La S.A. "La Westendaise" 1898-1906, Naissance de la plage de Westende, la rêve urbanistique de la famille Otlet', in: Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis, nr.3-4, 16 (1985) 447-472.

T. Demey, Bruxelles. Chronique d'une capitale en chantier. Deel 1: Du voûtement de la Senne à la Jonction Nord-Midi (Brussel 1990).

A. Despy-Meyer, 'Mundaneum. Henri la Fontaine, een vastbesloten idealist', in: A. Despy-Meyer red., Brussel. Vrijmetselaars in de stad (Gent 2000) 214-225.

V. Devillez, Kunst aan de orde. Kunst en politiek in België 1918-1945 (Gent 2003).

C. Dierickx, I.M.A.L.S.O.-prijsvraag 1933 Linkerscheldeoever te Antwerpen, Ingenieursverhandeling K.U.Leuven (1974).

P. Dogliani, 'European municipalism in the first half of the twentieth century. The socialist network', in: Contemporary European History, nr.4, 11 (2002) 573-596.

G. Duchenne, 'Brussel ‘14-‘39: een Europese stad tussen twee', in: M. Dumoulin red., Bruxelles, l'Européenne. Regards croisés sur une région capitale. Brussel, hart van Europa. Een verkennende blik op een kapitale regio (Brussel 2001) 31-42.

S. Ducheyne, 'Paul Otlet's theory of knowledge and linguistic objectivism', in: Knowledge Organisation, 32 (2005) 110-116.

M. Dumoulin, Léopold II. Un roi génocidaire? (Brussel 2005).

R. Eaton en W. van Luik, De ideale stad. Utopia en de (niet) gebouwde omgeving (Antwerpen 2001).

'Europapark en de Linkeroever van Antwerpen', in: Wonen, nr.64-65 (1975) 43-59.

S. Fayet-Scribe, Histoire de la documentation en France. Culture, science, et technologie de l'information, 1895-1937 (Parijs 2000).

R. Fishman, Urban utopias in the twentieth century. Ebenezer Howard, Frank Lloyd Wright and Le Corbusier (New York 1977).

K. Frampton, Le Corbusier (Londen 2001).

J.-F. Füeg, 'La Cité Mondiale, utopie totalitaire?' in: Le Mundanéen, nr.13 (1999) s.p.

J.-F. Füeg, 'Ordo ab chaos. Classer est la plus haute opération de l'esprit', in: Transnational Associations, nr.1-2 (2003) 29-35.

P. Galison, 'Aufbau / Bauhaus. Logischer Positivismus und architektonischer Moderne', in: Arch+, nr.156 (2001) 66-79.

D. Gans, The Le Corbusier Guide (Princeton 1987).

O. Gaspari, 'Cities against states? Hopes, dreams and shortcomings of the european municipal movement, 1900-1960', in: Contemporary European History, nr.4, 11 (2002) 597-621.

E. Gerard, 'Omstreden democratie', in: R. Gobyn en W. Spriet red., de jaren '30 in België. De massa in verleiding. Tentoonstellingscatalogus (Brussel 1994) 75-123.

P. Ghils, 'Fonder le monde, fonder le savoir du monde ou la double utopie d'Otlet', in: Transnational Associations, nr.1-2 (2003) 36-48.

S. Goyens de Heusch, Serge Jasinski, architecte 1901-1978. Tentoonstellingscatalogus (Brussel 1979).

P. Greenhalgh, 'De traditie van de wereldtentoonstellingen', in: M. Nauwelaerts en J.-L. Grootaers red., De panoramische droom. Antwerpen en de wereldtentoonstellingen, 1885, 1894, 1930. Tentoonstellingscatalogus (Antwerpen 1993) 23-36.

G. Gresleri, 'Le Mondaneum. Lecture du projet', in: Transnational Associations, nr.5 (1987) 267-273.

G. Gresleri, 'The Mundaneum Plan', in: C. Palazzolo en R. Vio red., In the Footsteps of Le Corbusier (New York 1991) 93-114.

G. Gresleri, 'Convergences et divergences. De Le Corbusier à Otto Neurath', in: Transnational Associations, nr.1-2 (2003) 72-81.

G. Gresleri en D. Matteoni, La Città Mondiale. Andersen, Hébrard, Otlet, Le Corbusier (Venetië 1982).

R. de Groof, 'Promoting Brussels as international and world capital and the process of political 'metropolisation' (1890 to 1945)'. Lezing gegeven op het 'Interuniversity & International Colloquium on Brussels & Europe', Brussel, 18-19 december 2006.

H. Hasquin, M. Bruwier en D. Lefebvre, Henri la Fontaine, prix Nobel de la Paix. Tracés d'une vie (Bergen 2002).

C. Hein, 'Choosing a site for the capital of Europe', in: GeoJournal, 51 (2000) 83-97.

C. Hein, The capital of Europe. Architecture and urban planning for the European Union (Greenwood 2004).

K. van Herck en H. Heynen, 'The Mont des Arts between museum and city', in: B. de Meulder en K. van Herck red., Vacant City. Brussels' Mont des Arts reconsidered (Brussel 2000) 282-291.

C. van den Heuvel, B. Rayward en P. Uyttenhove, 'L'Architecture du savoir. Une recherche sur le Mundaneum et les précurseurs européens de l'Internet', in: Transnational Associations, nr.1-2 (2003) 16-28.

H. Heynen, ''What belongs to architecture?' Avant-garde ideas in the modern movement', in: The Journal of Architecture, nr.2, 4 (1999) 129 - 147.

H. Heynen en L. de Cauter, 'Avant-garde en modernisme', in: H. Heynen red., Dat is Architectuur. Sleutelteksten uit de twintigste eeuw (Rotterdam 2001) 687-692.

H. Heynen en A. Loeckx, 'Het functionalisme en zijn schaduw', in: H. Heynen red., Dat is Architectuur. Sleutelteksten uit de twintigste eeuw (Rotterdam 2001) 699-707.

R. Heynickx, Doornen op het pad van de moderne kunst. Huib Hoste (1881-1957), een katholiek modernistisch architect worstelend met de moderniteit (Brussel 2001).

A. Hochschild, De geest van koning Leopold II en de plundering van de Congo (Amsterdam 2003).

Hoger, Higher, Plus Haut. Panoramisch Antwerpen. Tentoonstellingscatalogus (Leuven 2006).

D. E. Hollinger, 'The Knower and the Artificer, with Postscript 1993', in: D. Ross red., Modernist impulses in the human sciences 1870-1930 (Baltimore / Londen 1994) 26-53.

M. de Keizer red., Utopie. Utopisch denken, doen en bouwen in de twintigste eeuw (Zutphen 2002).

J. Kint, Expo 58 als belichaming van het humanistische modernisme (Rotterdam 2001).

L. A. de Klerk, Op zoek naar de ideale stad (Deventer 1980).

M. de Kooning en R. Devos, '“Staande tegenover 1958, nogmaals, waarheen”? Moderne architectuur op expo 58', in: M. de Kooning en R. Devos red., Moderne architectuur op Expo 58: voor een humaner wereld (Brussel 2006) 11-25.

G. Leloutre en I. Strauven, 'Brussels-Europe: An aporia?' in: Brussels, a manifesto. Towards the capital of Europe (Rotterdam 2007).

F. Levie, L'Homme qui voulait classer le monde. Paul Otlet et le Mundaneum (Brussel 2006).

C. Leysen en M.-A. Wilssens, Antwerpen, onvoltooide stad. Ontwikkeling tussen droom en daad (Tielt 2003).

P. Lombaerde, Leopold II, koning-bouwheer. Tentoonstellingscatalogus (Oostende 1995).

P. Lombaerde, 'De verkeersring rond Antwerpen als onderdeel van het duitse R.A.B.-net', in: N. Poulain red., Planning en contingentie. Aspecten van stedenbouw, planologie en architectuur tijdens de tweede wereldoorlog (Gent 1997) 55-76.

P. Lombaerde, 'Les projets pour la rive gauche d'Anvers, ou la Ville Radieuse en question', in: P. Burniat red., Le Corbusier et la Belgique (Brussel 1997) 149-174.

P. Lombaerde, 'Antwerpen torenstad in historisch perspectief. Van Benedictus tot Le Corbusier', in: Hoger, Higher, Plus Haut. Panoramisch Antwerpen. Tentoonstellingscatalogus (Leuven 2006) 13-29.

A. van Loo, 'De vele gezichten van het modernisme 1914-1945', in: A. van Loo red., Repertorium van de architectuur in België: van 1830 tot heden (Antwerpen 2003) 49-67.

A. van Loo, M. Dubois, F. Strauven en N. Langerman red., Repertorium van de architectuur in België: van 1830 tot heden (Antwerpen 2003).

A. van Loo en F. Zampa, 'Stedebouw en architectuur. Moderniteit versus harmonie', in: R. Gobyn en W. Spriet red., De jaren '30 in België. De massa in verleiding. Tentoonstellingscatalogus (Brussel 1994) 197-217.

A. F. Manning, H. Balthazar en J. de Vries, Algemene geschiedenis der Nederlanden. Nederland en België 1914-1940, deel 2 (Haarlem 1979).

D. Matteoni, 'Il Belgio di fronte al Movimento Moderno / La Belgique face au Mouvement Moderne', in: Rassegna, nr.34/2, 10 (1979) s.p.

E. Mattie, Wereldtentoonstellingen (Amsterdam 1998).

M. van Meerten, 'De Brusselse Jonction. De lange weg van utopie naar werkelijkheid', in: S. Jaumain red., Bruxelles et la Jonction Nord-Midi. Brussel en de Noord-Zuidverbinding (Brussel 2004) 33-52.

H. Meller, 'Philantropy and public enterprise. International exhibitions and the modern town planning movement, 1889-1913', in: Planning Perspectives, 10 (1995) 295-310.

B. de Meulder, Reformisme, thuis en overzee. Geschiedenis van de Belgische planning in een kolonie (1880-1960), Doctoraatsverhandeling K.U.Leuven (1994).

B. de Meulder en K. van Herck red., Vacant City. Brussels'  Mont des Arts reconsidered (Brussel 2000).

E. Mumford, The CIAM discourse on urbanism, 1928-1960 (Londen 2000).

Musée des Archives d'Architecture Moderne. Collections (Brussel 1986).

M. Nauwelaerts, 'De droom van de metropool. Antwerpen en de wereldtentoonstellingen', in: M. Nauwelaerts en J.-L. Grootaers red., De panoramische droom. Antwerpen en de wereldtentoonstellingen, 1885, 1894, 1930. Tentoonstellingscatalogus (Antwerpen 1993) 51-67.

Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging (Tielt 1998).

M. C. O'Byrne, 'El museo del Mundaneum. Génesis de un prototipo', in: Annuaire d'études corbuséennes (Marseilles 2004) 136-151.

R. Payre, 'The science that never was. "Communal Science' in France, 1913-1949', in: Contemporary European History, nr.4, 2 (2002) 529-547.

B. Peeters, 'Une utopie belge. Le Mundaneum', in: A. Pickels en J. Sojcher red., Belgique toujours plus grand et belle (Brussel 1998) 442-449.

V. Piette, 'Le projet de création d'une Cité Mondiale ou l´utopie pacifiste faite des briques', in: A. Despy-Meyer red., Cent Ans de l'Office International de Bibliographie (Bergen 1995) 271-302.

V. Piette en J.-F. Füeg, 'Otlet, Le Corbusier et la Cité Mondiale', in: P. Burniat red., Le Corbusier et la Belgique (Brussel 1997) 123-147.

A. Ponte, 'Dall'Outlook Tower alla Città Mondiale. From the Outlook Tower to the City of the World', in: Lotus International, nr.35 (1982) 46-51.

A. Ponte, 'Building the stair spiral of evolution. The Index Museum of Sir Patrick Geddes', in: Assemblage, nr.10 (1989) 46-64.

S. Prasad, 'Le Corbusier in India', in: T. Benton red., Le Corbusier. Architect of the Century (Londen 1987) 278-337.

Programma Kunstberg. Aanbevelingen van de Commissie Kunstberg, samengebracht op initiatief van de Koning Boudewijnstichting (Brussel 2002).

L. Ranieri en J. Coosemans, Léopold II urbaniste (Brussel 1973).

B. Rayward, The universe of information. The work of Paul Otlet for documentation and international organisation (Moskou 1975).

B. Rayward, 'The case of Paul Otlet, pioneer of information science, internationalist, visionary. Reflections on biography', in: Journal of Librarianship and Information Science, nr.23 (1991) 135-145.

B. Rayward, 'Visions of Xanadu. Paul Otlet (1868-1944) and Hypertext', in: Journal of the American Society of Information Science, nr.45 (1994) 235-250.

B. Rayward, 'H.G. Wells's idea of a World Brain. A critical reassessment', in: Jasis, 50 (1999) 557-573.

B. Rayward, 'Knowledge organisation and a new world polity. The rise and fall and rise of the ideas of Paul Otlet', in: Transnational Associations, nr.1-2 (2003) 4-15.

C. Rowe, The architecture of good intentions. Towards a possible retrospect (Londen 1994).

L. Saerens, 'Ere aan de toga. Frans Wittemans (1872-1963)', in: De Conferentie. De Vlaamse Conferentie bij de Balie te Antwerpen (2001) 18-27.

D. Schoofs, Licht, Lucht en Ruimte. Van ideaalbeeld tot pragmatisme. Een eeuw stedenbouwkundig denken toegepast op de Antwerpse Linkerscheldeoever, Licenciaatsverhandeling K.U.Leuven (2003).

T. Schriefers, Für den Abriss gebaut? Anmerkungen zur Geschichte der Weltausstellungen (Hagen 1999).

P. Sloterdijk, 'Weltmuseum und Weltausstellung', in: Jahresring, nr.37 (1990) 183-202.

M. Smets, Huib Hoste, voorvechter van een vernieuwde architektuur (Brussel 1972).

M. Smets, De ontwikkeling van de tuinwijkgedachte in België. Een overzicht van de Belgische volkswoningbouw in de periode van 1830 tot 1930 (Brussel 1977).

I. Strauven, De gebroeders Bourgeois. Architectuur en plastique pure (Brussel 2005).

H. Stynen, Stedebouw en gemeenschap. Louis van der Swaelmen (1883-1929), bezieler van de moderne beweging in België (Brussel / Luik 1979).

L. Topp, 'Otto Wagner and the Steinhof psychiatric hospital. Architecture as misunderstanding', in: The Art Bulletin, 87 (2005) 130-156.

G. A. Torres-Vargas, 'World Brain and Mundaneum. The ideas of Wells and Otlet concerning universal access ', in: VINE: The journal of information and knowledge management systems, nr.3, 35 (2005) 156-165.

P. Uyttenhove, 'Internationale inspanningen voor een modern België', in: J.-M. Duvosquel, J. Deraeve en M. Smets red., Resurgam. De Belgische wederopbouw na 1914. Tentoonstellingscatalogus (Brussel 1985) 33-69.

P. Uyttenhove, 'La nouvelle société internationale selon Gedes et Paul Otlet', in: Transnational Associations, nr.5 (1987) 274-280.

P. Uyttenhove, 'Utopie et espace du réformisme en Belgique (1830-1944)'. Lezing gegeven op het internationaal colloquium 'Trends and challenges of urban restructuring', Rio de Janeiro, 26-30 september 1988.

P. Uyttenhove, 'Architectuur, stedenbouw en planologie tijdens de duitse bezetting. De moderne beweging en het Commisariaat-Generaal voor 's Lands Wederopbouw (1940-1944)', in: Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis, nr.3-4, 20 (1989) 465-510.

P. Uyttenhove, 'Stedenbouw', in: A. van Loo red., Repertorium van de architectuur in België (Antwerpen 2003) 398-405.

J. Vandenbreeden, 'Het concept van de stad of de ideale stad. Stedebouwkundige dromen over het Brussel van tussen de twee wereldoorlogen', in: Straten en stenen. Brussel: stadsgroei 1780-1980 (Brussel 1982) 125-148.

J. Vandenbreeden, 'Naar een stedenbouwkundige architectuur. Victor Horta's projecten voor het centraal station en het municipal development-project', in: S. Jaumain red., Bruxelles et la Jonction Nord-Midi. Brussel en de Noord-Zuidverbinding (Brussel 2004) 167-175.

G. Vanthemsche, 'De mislukking van een vernieuwde economische politiek voor 1940: de OREC', in: Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis, 1982 (1982) 339-389.

K. Veraghtert, 'Produktie en consumptie. Verbijstering, wanhoop, twijfel', in: R. Gobyn en W. Spriet red., De jaren '30 in België. De massa in verleiding. Tentoonstellingscatalogus (Brussel 1994) 139-154.

A. Verdonck, 'De carrière van architect Huib Hoste', in: L. de Winter, T. Avermaete en B. Provo red., Huib Hoste 1881-1957 (Antwerpen 2005) 25-37.

L. Verpoest, '"Des Machines à voyager...": de stations van de Noord-Zuidverbinding en de geschiedenis van de moderne architectuur', in: S. Jaumain red., Bruxelles et la Jonction Nord-Midi. Brussel en de Noord-Zuidverbinding (Brussel 2004) 155-166.

H. W. Von der Dunk, De verdwijnende hemel. Over de cultuur van Europa in de twintigste eeuw (Amsterdam 2000).

N. Vossoughian, 'The language of the World Museum. Otto Neurath, Paul Otlet, Le Corbusier', in: Transnational Associations, nr.1-2 (2003) 82-93.

P. van Wesemael, 'Mundaneum en Cité Mondiale. Het Nieuwe Jeruzalem van de Internationale Beweging. De ontstaansgeschiedenis van Le Corbusiers ontwerp voor het Mundaneum en de Cité Mondiale', in: Oase, nr.41 (1994) 34-42.

P. van Wesemael, Architectuur van instructie en vermaak. Een maatschappijhistorische analyse van de wereldtentoonstelling als didactisch verschijnsel (1798-1851-1970) (Delft 1997).

K. Wils, De omweg van de wetenschap. Het positivisme en de Belgische en Nederlandse intellectuele cultuur 1845-1914 (Amsterdam 2005).

L. de Winter, T. Avermaete en B. Provo, Huib Hoste 1881-1957 (Antwerpen 2005).

E. Witte, J. Craeybeckx en A. Meynen, Politieke geschiedenis van België (Antwerpen 2005).

F. Zampa, 'Laboratorio dello sguardo, dispositivo di classificazione e di analisi'. Lezing gegeven op het 'Congresso AISU: Patrimoni e trasformazioni urbane', Rome, 24-26 juni 2004.

F. Zampa, 'Raphaël Verwilghen et "l'action urbanistique integrale" du Commisariat Général à la Réconstruction du Pays', in: N. Poulain red., Planning en contingentie. Aspecten van stedenbouw, planologie en architectuur tijdens de tweede wereldoorlog (Gent 1997) 27-36.

F. Zampa, La continuité d'une illusion. L'urbanisme de Raphaël Verwilghen entre valeurs éthiques et pratiques professionelles, Doctoraatsverhandeling K.U.Leuven (1999).

Download scriptie (9.71 MB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2007