Op zoek naar gendervariatie in Vlaamse Gebarentaal

Kristy
Jonckers

MENEER of MENEER?

Gendervariatie in Vlaamse Gebarentaal

Mannen en vrouwen spreken niet op dezelfde manier, zelfs al spreken ze dezelfde taal. Ze hanteren een andere stijl en ook de woordenschat verschilt. Dit is ook zo voor Vlaamse Gebarentaal, de visueel-gestuele taal van de Vlaamse Dovengemeenschap. In haar onderzoek ‘Op zoek naar gendervariatie in Vlaamse Gebarentaal’ bestudeert Kristy Jonckers, de mogelijke lexicale verschillen in het taalgebruik van Dove mannen en vrouwen. Zij toont aan dat mannen en vrouwen nog niet zo heel lang geleden wel degelijk verschillende gebaren voor dezelfde concepten gebruikten, maar dat de ‘vrouwengebaren’ zijn uitgedoofd.

(afbeelding 1)

Variatie

Dit pioniersonderzoek, uitgevoerd in het kader van de opleiding Master Tolken aan Thomas More Antwerpen situeert zich binnen de sociolinguïstiek en meer specifiek binnen de variatiestudies. Er bestaan talloze vormen van variatie. In de sociolinguïstiek wordt er onder meer gelet op externe factoren die leiden tot variatie; zoals regio, leeftijd, talige achtergrond en gender.

Gendervariatie

Bovenvermeld onderzoek focust op gendervariatie in Vlaamse Gebarentaal (VGT). Maar wat is gendervariatie eigenlijk? Met gendervariatie worden hier de verschillen tussen mannen en vrouwen wat betreft taalgebruik bedoeld. Er wordt bijvoorbeeld wel eens gezegd dat vrouwen een ‘zachtere’ taal hanteren dan mannen en dat ze meer zogenaamde terugkoppelingselementen gebruiken, zoals ‘hm’ en ‘ahzo’. Een ander bekend voorbeeld: in het gesproken Engels gebruiken vrouwen meer de volledige ‘-ing’ vorm (working), terwijl mannen die vaker inkorten tot ‘-in’ (workin’). Bij dit laatste voorbeeld is er sprake van variatie binnen een woord. Maar ook op het niveau van woordkeuze en grammatica zijn er verschillen tussen mannen en vrouwen. Deze eerste studie naar gendervariatie in VGT focust op variatie in het lexicon of de ‘gebarenschat’. In Ierse Gebarentaal bijvoorbeeld, een taal die een sterke gendervariatie kent, gebruiken mannen en vrouwen andere gebaren voor ‘melk’.

Gendervariatie in Vlaamse Gebarentaal

Waar komt die gendervariatie in gebarentalen vandaan? Onderwijs en de Dovenscholen spelen in de Dovengemeenschap een grote rol en zeker ook wanneer het gaat om het ‘doorgeven’ van de gebarentaal van generatie op generatie. De meeste dove kinderen worden immers geboren in een horend gezin, bij ouders die (nog) geen gebarentaal kennen. De school was dan ook de plaats waar gebarentaal werd geleerd. Niet in de klas, want het onderwijs was vroeger vaak ‘oraal’ en gericht op leren spreken en spraakafzien (liplezen), maar wel op de speelplaats en in de slaapzalen van het internaat.

Net zoals bij Ierse Gebarentaal is bij Vlaamse Gebarentaal het gescheiden onderwijs van Dove jongens en meisjes de belangrijkste oorzaak van het bestaan van gendervariatie. Jongens en meisjes zaten vroeger immers in aparte scholen of afdelingen en hadden weinig tot geen contact met elkaar. Dat wordt ook duidelijk uit het volgende citaat uit het boek ‘De dove persoon, zijn gebarentaal en het dovenonderwijs’ van Maurice Buyens: “Tijdens zijn directeurschap hanteerde kanunnik Naeghels een bijzonder strenge tucht. De scheiding van diverse groepen – de scheiding van jongens en meisjes in het bijzonder – maakte voorwerp uit van constante zorg.” Het onderzoek zelf bevestigt dat eveneens: “Er was weinig contact met de jongens. Ook in de kerk zaten jongens en meisjes apart.”

Zulke strenge scheiding leidt vrijwel automatisch tot verschillen in taal. Dove jongens en meisjes ontwikkelden in de scholen hun eigen gebaren. Maar ondanks deze verschillen waren er geen communicatieproblemen. Zowel de jongens als de meisjes pasten zich aan. Elkaar begrijpen was het belangrijkst; welke gebaren er werden gebruikt, kwam op de tweede plaats.

In de vuilbak

Aan de hand van een focusgroepsgesprek met acht Dove vrouwen en een controle-interview met één Doof echtpaar werd ingezoomd op gendervariatie in Vlaamse Gebarentaal. Al snel werd duidelijk dat Vlaamse Gebarentaal wel degelijk gendervariatie kende, maar dat er van die variatie nu weinig tot geen sprake meer is. De Dove vrouwen hebben zich immers na hun schooltijd aangepast aan hun man en hebben zo, vrijwel automatisch, de mannengebaren overgenomen. Om het in de woorden – of gebaren – van één van de informanten te zeggen: “We hebben onze vrouwengebaren in de vuilbak gegooid.” Redenen die de vrouwen daarvoor aandroegen, waren het feit dat de jongens een rijker lexicon hadden en de hogere status van de man in die tijd.

Tijdens het focusgroepsgesprek kwamen gelukkig wel voorbeelden bovendrijven van de oude vrouwengebaren. Bijvoorbeeld het gebaar voor ‘meneer’ dat niet door de jongens gebruikt werd.

(afbeelding 2)

De verzamelde vrouwengebaren werden in acht verschillende categorieën onderverdeeld: adjectieven, cijfers, eten, gebaren met verplichte orale component, kleuren, personen, tijd en overige. Ondanks het feit dat er zoveel vrouwengebaren zijn verdwenen, werden er uiteindelijk toch 81 voorbeelden gevonden.

Het tweede deel van het onderzoek, het controle-interview, bracht nog meer verheldering. Eerst en vooral bleek dat 15 van de 81 gebaren geen specifieke vrouwengebaren (meer) waren. Het zijn gebaren die de mannelijke informant ook gebruikte of nog steeds gebruikt. Wat ook opviel, was hoeveel vrouwengebaren de man begreep: 70 van de 81 (86%).

Zoals hierboven al gezegd, werd in het focusgroepsgesprek vastgesteld dat de vrouwengebaren vrijwel volledig verdwenen zijn. Toch werden enkele voorbeelden van vrouwengebaren uit het onderzoek, zoals het gebaar voor ‘citroen’, teruggevonden in het online woordenboek Vlaamse Gebarentaal (http://gebaren.ugent.be/). Blijkbaar liggen dan toch niet alle vrouwengebaren ‘in de vuilbak’, wat de onderzoekster een fijne vaststelling vond.

De belangrijkste oorzaak van gendervariatie in Vlaamse Gebarentaal is het feit dat Dove jongens en meisjes vroeger gescheiden zaten in onderwijs. Daardoor zijn er ook aparte gebarenvarianten ontstaan. Maar ondanks die verschillen ondervonden de jongens en meisjes toch geen communicatieproblemen. Omdat de vrouwen zich hebben aangepast aan hun man is er de dag van vandaag geen sprake meer van vrouwengebaren. Er zijn nog wel enkele sporen van terug te vinden in het hedendaagse lexicon, maar over het algemeen kunnen we stellen dat gendervariatie in Vlaamse Gebarentaal verdwenen is.

Bibliografie

Aarons, D. & Reynolds, L. (2003). South African Sign Language: Changing policies and practice. In L. Monaghan, C. Schmaling, K. Natzamura & G.H. Turner (Red.), Many ways to be Deaf: International variation in Deaf Communities (194-210). Washington, DC: Gallaudet University Press.

Akach, P., Demey, E., Matabane, E., Van Herreweghe, M. & Vermeerbergen, M. (2009). What is South African Sign Language? What is South African Deaf Community? In B. Brock-Utne & I. Skattum (Red.), Languages and education in Africa: A comparative and transdisciplinary analyses (333-347). Oxford: Symposium Books.

Antoons, I. (2003). Bilinguaal/bicultureel dovenonderwijs in Vlaanderen: Opbouw, werking en een eerste evaluatie. In T. Koole, J. Nortier & B. Tahitu (Red.), Artikel van de vierde Sociolinguïstische Conferentie (22-32). Delft, Nederland: Eburon.

Antoons, I. & Boonen, D. (2004). Hard and hard and hard: The same sign? On the evolution of signs in Flemish Sign Language. In M. Vermeerbergen & M. Van Herreweghe (Red.), To the lexicon and beyond: Sociolinguistics in European Deaf Communities (74-88). Washington, D.C: Gallaudet University Press.

Aramburo, A.J. (1989). Sociolinguistic aspects of the Black Deaf Community. In C. Lucas (Red.), The sociolinguistics of the Deaf Community (103-119). San Diego: Academic Press.

Biber, D. (1988). Variation across speech and writing. Cambridge: Cambridge University Press.

Biber, D. & Conrad, S. (2009). Register, genre, and style. Cambridge: Cambridge University Press.

Biber, D. & Finegan, E. (Red.), (1993). Sociolinguistic perspectives on register. Oxford: Oxford University press.

Bocxstaele, M. & Christiaens, G. (2011). Mijn naam is 65: Naamgeving in de Vlaamse Dovengemeenschap. Gent: Fevlado-Diversus vzw.

Boudreault P. & Mayberry, R. (2006). Grammatical processing in American Sign Language: Age of first language acquisition effects in relation to syntactic structure, Language and Cognitive Processes, 21, 608-635.

Branson, J., Toms, J., Bernal, B. & Miller D. (1995). The history and role of fingerspelling in Auslan. In H. Bos & T. Schermer (Red.), Sign Language Research 1994: Proceedings of the Fourth European Congress on Sign Language Research, Munich, September 1-3, 1994 (53-67). Hamburg: Signum Press.

Bright, W. (1997). Social factors in language change. In F. Coulmas (Red.), The handbook of sociolinguistics (81-91). Oxford: Blackwell.

Britten, N. (1995). Qualitative research: Qualitative interviews in medical research, British Medical Journal, 311(6999), 251-253.

Broesterhuizen, M. (1992). De sociaal-emotionele ontwikkeling van dove kinderen. Een ontwikkelingspsychologische en psychometrische studie naar patronen van psychosociale aanpassing bij dove kinderen. Sint-Michielsgestel, Nederland: Instituut voor Doven.

Brouwer, D. & Van Hout, R. (1992). Gender-related variation in Amsterdam vernacular, International Journal of the Sociology of Language, 94, 99-122.

Butler, J. (1993). Bodies that matter. New York: Routledge.

Buyens, M. (2005). De dove persoon, zijn gebarentaal en het dovenonderwijs. Antwerpen/Apeldoorn: Garant Uitgevers.

Cahill, S.E. (1987). Language practices and self-definition: The case of gender identity acquisition, Sociological Quarterly, 27, 295-311.

Caldas-Coulthard, C. & Van Leeuwen, T. (2002). Stunning, shimmering, iridescent: Toys as the representation of gendered social actors. In L. Litosseliti & J. Sunderland (Red.), Gender identity and discourse analysis (91-108). Amsterdam: Benjamins.

Cavan, R.S. (1929). Topical summaries of current literature: Interviewing for life-history material, American Journal of Sociology, 35(1), 100-115.

Coates, J. (1993). Women, men and language: A sociolinguistic account of gender differences in language. Longman Group UK.

Coates, J. & Sutton-Spence, R. (2001). Turn-taking patterns in Deaf conversation, Journal of Sociolinguistics, 5, 507-529.

Collins-Ahlgren, M. (1986). New Zealand Sign Language and the aim of Total Communication for the Deaf, SET: Research Information for Teachers, 1.

Coogan, A. (2005). Irish Deaf Women: Their Role in the Deaf Community, Deaf Worlds, 21(2), 78-93.

Deuchar, M. (1981). Variation in British Sign Language. In B. Woll, J.G. Kyle & M. Deuchar (Red.), Perspectives on British Sign Language and Deafness (109-119). London: Croom Helm.

De Meulder, M., Smessaert, I., & Vermeerbergen, M. (2008). Onderwijs aan dove en slechthorende kinderen, jongeren en volwassenen. Onderwijs van Vlaamse Gebarentaal en Dovencultuur. In M. Vermeerbergen & M. Van Herreweghe (Red.), Wat (geweest/gewenst) is. Organisaties van en voor doven in Vlaanderen bevraagd over 10 thema’s (73-140). Gent: Academia Press.

DeSantis, S. (1977). Elbow to hand shift in French and American Sign Languages. Paper presented at the annual NWAVE conference, Georgetown University, Washington, DC.

De Weerdt, K., Vanhecke, E., Van Herreweghe, M. & Vermeerbergen, M. (2003). Op (onder)zoek naar de Vlaamse gebaren-schat. Gent: Fevlado-Diversus vzw.

Eckert, P. (1989). The whole woman: Sex and gender differences in variation, Language Variation and Change, 1, 245-267.

Eckert, P. (2000). Linguistic variation as social practice. Malden, Mass: Blackwell.

Edwards, J. (1979). Social class differences and the identification of sex in children’s speech, Journal of Child Language, 6, 121-127.

Faludi, S. (1999). Stiffed: The betrayal of the American man. New York: William Morrow.

Faraday, A. & Plummer, K. (1979). Doing life histories, Sociological review, 27(4), 773-798.

Fisher, S.D. (1978). Sign Language & Creoles. In P. Siple (Red.), Understanding language through sign language research (309-331). New York: Academic Press.

Forman, W. (2003). The ABCs of New Zealand Sign Language: Aerial spelling, Journal of Deaf Studies and Deaf Education, 8(1), 92-96.

Frishberg, N. (1979). Historical change: From iconic to arbitrary. In E. Klima, U. Bellugi, (Red.), The signs of language (67-83). Cambridge, MA: Harvard University Press.

Grehan, C. (2008). Communication islands: The impact of segregation on attitudes to ISL among a sample of graduates of St Mary’s school for deaf girls. Unpublished, M. Phil in Applied Linguistics. Trinity College Dublin.

Gumperz, J. J. (1982). Discourse strategies. Cambridge: Cambridge University Press.

Härnqvist, K., Christianson, U., Ridings, D. & Tingsell, J.G. (2003). Vocabulary in interviews as related to respondent characteristics, Computers and the Humanities, 37, 179-204.

Holmes, J. (1995). Women, men and politeness. London: Longman.

Holmes J. (1997). Woman, language and identity, Journal of Sociolinguistics, 1(2), 195-223.

Holmes, J. & Meyerhoff, M. (2003). Different voices, different views: An introduction to current research in language and gender. In J. Holmes & M. Meyerhoff (Red.), The handbook of language and gender (1-18). Blackwell Publishing Ltd.

Huys, E. (2010). Gebaren met orale component in de Vlaamse Gebarentaal: Semantisch gebruik. Onderzoeksrapport van Bachelorpaper en Masterpaper in kader van opleiding Taal- en Letterkunde, Universiteit Gent.

Jackson, P. (1990). Britain’s Deaf heritage. Haddington: Pentland Press.

Johnston, T. (1989). Auslan: The sign language of the Australian deaf community. Unpublished doctoral dissertation, University of Sydney, Australia.

Johnston, T. (Red.) (1998). Signs of Australia: A new dictionary of Auslan. Sydney: North Rock Press.

Kelly, A.B. (1991). Fingerspelling use among the Deaf senior citizens of Baltimore. In E.A. Winston (Red.), Communication Forum 1991 (90-98). Washington, DC: Gallaudet University School of Communication.

Keune, K. (2012). Explaining register and sociolinguistic variation in the lexicon: Corpus studies on Dutch. Gepubliceerd doctoraatsschrift. Nederlands: LOT.

Kleinfeld, M.S. & Warner, N. (1997). Lexical variation in the Deaf Community relating to gay, lesbian and bisexual signs. In A. Livia & K. Hall (Red.), Queerly phrased: Language, gender, and sexuality (58-84). New York: Oxford University Press.

Kyle, J.G. & Woll, B. (with Pullen G. & Maddix, F.) (1985). Sign Language: the study of deaf people and their language. Cambridge: Cambridge University Press.

Labov, W. (1990). The intersection of sex and social class in the course of linguistic change, Language Variation and Change, 2, 205-254.

Larson, K. (1982). Role playing and the real thing: Socialization and standard speech in Norway, Journal of Anthropological Research, 38, 401-410.

Leeson, L. & Grehan, C. (2004). To the Lexicon and Beyond: The effect of Gender on Variation in Irish Sign Language. In M. Vermeerbergen & M. Van Herreweghe (Red.), To the lexicon and beyond: Sociolinguistics in European Deaf Communities (39-73). Washington, D.C: Gallaudet University Press.

Leeson, L. & Saeed, J.I. (2012). Irish Sign Language: A cognitive linguistic account. Edinburgh: Edinburgh University Press Ltd.

LeMaster, B. (1990). The maintenance and loss of female and male signs in the Dublin deaf community. Ph.D., dissertation, LA: University of California.

LeMaster, B. (2002). What difference does difference make? Negotiating gender and generation in Irish Sign Language. In S. Benor, M. Rose, D. Sharma, and Q. Zhang (Red.), Gendered practices in language (309-338). Stanford: Centre for the Study of Languages and Information Publication.

LeMaster, B. (2006). Language Contraction, Revitalization, and Irish Women, Journal of Linguistic Anthropology, 16(2), 211-228.

LeMaster, B. & Dwyer, J. (1991). Knowing & Using Female & Male Signs in Dublin, Sign Language Studies, 73, 361-396.

Leonard, C. (2005). Signs of Diversity: Use and Recognition of Gendered Signs among Young Irish Deaf People, Deaf Worlds, 21(2), 62-77.

Loots, G. (1995). Kinderen met een sensoriële handicap. In P. Ghesquière & B. Maes (Red.), Kinderen met problemen: Over de opvoeding en de behandeling van, en het onderwijs aan kinderen met een fysieke, sensoriële of mentale handicap, gedragsproblemen of een leerstoornis (41-90). Leuven/Apeldoorn: Garant Uitgevers N.V.

Lucas, C., Bayley R., Rose M. & Wulf A. (2002). Location variation in American Sign Language, Sign Language Studies, 2(4), 407-440.

Lucas, C., Bayley, R. & Valli, C (2001). Sociolinguistic variation in American Sign Language (In C. Lucas, The sociolinguistic in Deaf Communities Series Vol.7). Washington, DC: Gallaudet University Press.

Lucas, C., Bayley, R., Valli, C., Rose, M. & Wulf, A. (2001). Sociolinguistic variation. In C. Lucas (Red.), The sociolinguistics of sign languages (61-111). Cambridge: Cambridge University Press.

Major, G. (2005). Number EIGHT: An investigation into lexical variation in the New Zealand Sign Language number system. Unpublished research paper, School of Linguistics and Applied Language Studies, Victoria University of Wellington, New Zealand.

Malloy, C. & Doner, J. (1995). Variation in ASL discourse: Gender differences in the use of cohesive devices. In L. Byers, J. Chaiken & M. Mueller (Red.), Communication Forum 1995 (183-205). Washington, DC: Gallaudet University Department of ASL, Linguistics, and Interpretation.

Maltz, D. N. & Borker, R. A. (1982). A cultural approach to male-female miscommunication. In J. J. Gumperz (Red.), Language and social identity (196-216). Cambridge: Cambridge University Press.

Mansfield, D. (1993). Gender differences in ASL: A sociolinguistic study of sign choices by Deaf native signers. In E. Winston (Red.), Communication forum 1993 (86-98). Washington, DC: Gallaudet University Department of Linguistics and Interpreting.

Matthews, P. A. & Ó Baoill, D. P. (2000). The Irish Deaf Community. Volume 2: The structure of Irish Sign Language. Ireland: Baile Átha Cliath: Institiúid Teangeolaíochta Éireann

McCaskill, C., Lucas, C., Bayley, R. & Hill, J. (2011). The hidden treasure of black ASL: Its history and structure. Washington, DC: Gallaudet University Press.

McConnell-Ginet, S. (2003). “What’s in a name?” Social labeling and gender practices. In J. Holmes & M. Meyerhoff (Red.), The handbook of language and gender (69-97). Blackwell Publishing Ltd.

McKee, R. (2007). Hand to mouth: The role of mouthing in New Zealand Sign Language. Paper presented at the Australian Sign Language Interpreters Association National Conference. Macquarie University, Sydney.

McKee, R. & McKee, D. (2011). Old, signs, new signs, whose signs? Sociolinguistic variation in the NZSL lexicon, Sign Language Studies, 11(4), 485-527.

McKee, R., McKee, D. & Major, G. (2008). Sociolinguistic variation in NZSL numerals. In Sign Languages: spinning and unraveling the past, present and future. TISLR9, forty five papers and three posters from the 9th Theoretical Issues in Sign Language Research Conference, Florianopolis, Brazil, December 2006. (2008). R.M. de Quadros (Red.), Editora Arara Azul. Petrópolis/RJ Brazil. http://www.editora-arara-azul.com.br/EstudosSurdos.php Geraadpleegd 1/12/2012, op http://www.editora-arara-azul.com.br/ebooks/catalogo/23.pdf

McKee, R., McKee, D. & Major, G. (2011). Numeral variation in New Zealand Sign Language, Sign Language Studies, 12, 72-97.

McKee R., McKee, D., Smiler, K. & Pointon, K. (2007). Maori signs: The construction of indigenous Deaf identity in New Zealand Sign Language. In D. Quinto-Pozos (Red.), Sign languages in contact. Washington, DC: Gallaudet University Press.

Meyerhoff, M. (nd). Sociolinguistic variation and change. (8p.) Geraadpleegd 25/11/2012, op http://www.eolss.net/Sample-Chapters/C04/E6-91-06-01.pdf

Meyerhoff, M. (2006). Introducing Sociolinguistics. London/NY: Routledge[1]

Militzer, S. (2009). The influence of oralism on mouth actions in Irish Sign Language (ISL). Paper presented at Boston University Conference on Language Development (BUCLD) 34, Boston.

Milroy, L. (1987). Observing and analysing natural language. Oxford: Blackwell.

Milroy, J., Milroy, L. & Hartley, S. (1994). Local and supralocal change in British English: The case of glottalization, English World-Wide, 15, 1-34.

Morgan, D. L. & Spanish, M. T. (1984). Focus groups: A new tool for qualitative research, Qualitative Sociology, 7(3), 253-270.

Mortelmans, D. (2007). Handboek kwalitatieve onderzoeksmethoden. Leuven: Acco.

Mugglestone, L. (1995). “Talking proper”: The rise of accent as a social symbol. Oxford: Oxford University Press.

Mulrooney, K.J. (2002). Variation in ASL fingerspelling. In C. Lucas (Red.), Turn-taking, fingerspelling, and contact in signed languages (3-23) (In C. Lucas, The sociolinguistic in Deaf Communities Series Vol.8). Washington, DC: Gallaudet University Press.

Newman, M.L, Groom, C.J., Handelman, L.D. & Pennebaker, J.W. (2008). Gender differences in language use: An analysis of 14,000 text samples, Discourse Processes, 45, 211-236.

Nordberg, B. & Sundgren, E. (1998). On observing language change: A Swedish case study. FUMS Rapport nr. 190. Institutionen för nordiska språk vid Uppsala Universitet.

Nordberg, B. & Sundgren, E. (1999). Från lokalspråk till standard I en mellansvensk stad: Individuell eller generationell förändring? FUMS Rapport. Institutionen för nordiska språk vid Uppsala Universitet.

Padden, C. (1980). The Deaf Community and the culture of Deaf people. In C. Baker & R. Battison (Red.), Sign Language and the Deaf Community: Essays in honor of William C. Stokoe (89-104). Silver Spring, M.D.: The National Association of the Deaf.

Penn, C. & Reagan, T. (1994). The properties of South African Sign Language: Lexical diversity and syntactic unity, Sign Language Studies, 85, 319-327.

Pichler, P. & Preece, S. (2011) Language and gender. In A. Mooney et al. (Red.), Language, society and power. An introduction (91-112), Third Edition. Oxon: Routledge.

Pivac, S. (2008). Sociolinguistic variation in the use of fingerspelling in NZSL. Master’s thesis, School of Linguistics and Applied Language Studies, Victoria University of Wellington, New Zealand.

Rayson, P., Leech, G. & Hodges, M. (1997). Social differentiation in the use of English vocabulary: Some analyses of the conversational component of the British National Corpus, International Journal of Corpus Linguistics, 2(1), 133-152.

Reid, A.S., Palomares, N.A., Anderson, G.L., & Bondan-Brown, B. (2009). Gender, language, and social influence: A test of expectation states, role congruity, and self-categorization theories, Human Communication Research, 35, 465-490.

Renkema, J. (2004). Introduction to discourse studies. Amsterdam: John Benjamins Publishing Co.

Romaine, S. (1998). Women, land and language: Shifting metaphors and shifting languages. In S. Wertheim, A.C. Bailey & M. Corston-Oliver (Red.), Engendering communication: Proceedings of the fifth Berkeley Women and Language Conference (473-486). Berkeley, CA: Berkely Women and Language Group, University of California.

Romaine, S. (2003). Variation in language and gender. In J. Holmes & M. Meyerhoff (Red.), The handbook of language and gender (98-118). Blackwell Publishing Ltd.

Rudner, W.A. & Butowsky, R. (1981). Signs used in the Deaf Gay Community, Sign Language Studies, 30, 36-38.

Schein, J.D. (1989). At home among strangers. Washington, D.C.: Gallaudet University Press.

Scheiris, I. (2002). Hoe zoenen doven: Een antwoord op de meest gestelde vragen over doofheid. Gent: Cultuur voor Doven.

Schembri, A., & Johnston, T. (2004). Sociolinguistic variation in Auslan (Australian Sign Language): A research project in progress, Deaf Worlds, 20(1), 78-90.

Schembri, A. & Johnston, T. (2007a). Australian Sign Language (Auslan): An introduction to Sign Language linguistics. Cambridge: Cambridge University Press.

Schembri, A. & Johnston, T. (2007b). Sociolinguistic variation in the use of fingerspelling in Australian Sign Language: A pilot study, Sign Language Studies, 7(3), 319-347.

Schembri, A. & Johnston, T. (2012). Sociolinguistic aspects of variation and change. In R. Pfau, M. Steinbach & B. Woll. (Red.), Sign language: An international handbook (788-816). De Gruyter Mouton.

Schermer, T. (2008). Taalvariatie en –standaardisatie. In A. Baker, B. Van Den Bogaerde, R. Pfau & T. Schermer (Red.), Gebarentaalwetenschap: Een inleiding (257-274). Deventer: Van Tricht uitgeverij.

Schermer, T. & Pfau, R. (2008). Taalverandering en taalcontact. In A. Baker, B. Van Den Bogaerde, R. Pfau & T. Schermer (Red.), Gebarentaalwetenschap: Een inleiding (275-292). Deventer: Van Tricht uitgeverij.

Schriffrin, D. (1994). Approaches to discourse analysis. Cambridge: Blackwell.

Schroyer, E.H. & Schroyer, S.P. (1984). Signs across America. Washington, DC: Gallaudet College Press.

Silverstein, M. (2003). Indexical order and the dialectics of sociolinguistic life. Language and Communication, 23, 193-229.

Slocum, N. (2006). Participatieve methoden: Een gids voor gebruikers. Focusgroep. In S. Steyaert (Red.), Participatieve methoden: Een gids voor gebruikers (pp. 135-144), (origineel in het Engels). Vlaams Instituut voor Wetenschappelijk en Technologisch Aspectenonderzoek, Vlaams Parlement Brussel.
(online pdf) Geraadpleegd, op 10 december 2012, op http://www.samenlevingentechnologie.be/ists/nl/pdf/participatievemethoden/methfocusgroep.pdf

Stamp, R., Schembri, A., Fenlon, J. & Rentelis, R. (2010). British Sign Language corpus project: Lexical variation and change in BSL. Paper presented at Sociolinguistics Symposium 18, University of Southampton, September 4.

Sutton-Spence, R. & Woll, B. (1999). The linguistics of British Sign Language: An introduction. Cambridge, UK: Cambridge University Press.

Tannen, D. (1994). Gender & Discourse, New York: Oxford University Press

Thorne, B. & Henley, N. (1975). Difference & dominance: An overview of language, gender, and society. In Thorne, B. et al. (Red.), Language & Sex: Difference & Dominance, Cambridge (5-42). MA: Newbury House.

Trudgill, P. (1974). The social differentiation of English in Norwich. Cambridge: Cambridge University Press.

Trudgill, P. (1983). On dialect. Oxford: Blackwell.

Valli, C., Lucas, C. & Mulrooney, K.J. (2005). Linguistics of American Sign Language: A resource text for ASL users. Washington, DC: Gallaudet University Press.

Van Hecke, E. & De Weerdt, K. (2004). Regional variation in Flemish Sign Language. In M. Van Herreweghe & M. Vermeerbergen (Red.), To the lexicon and beyond: Sociolinguistics in European Deaf Communities (27-38). Washington, DC: Gallaudet University Press.

Van Herreweghe, M. & Vermeerbergen, M. (1998). Thuishoren in een wereld van gebaren. Gent: Academia Press.

Van Herreweghe, M. & Vermeerbergen, M. (2004). 30 vragen over Vlaamse Gebarentaal en 29 antwoorden (2e ed.). Academia Press.

Van Herreweghe, M., Vermeerbergen, M., Van Mulders, K. & De Weerdt, K.. (2004 / 2008). Woordenboek Nederlands-Vlaamse Gebarentaal/Vlaamse Gebarentaal-Nederlands. Gepubliceerd op het web: http://gebaren.ugent.be/ (eerste publicatie: mei 2004); in 2008 uitgegeven op dvd door Standaard Uitgeverij.

Van Royen, P. & Peremans, L. (2007). Exploreren met focusgroepgesprekken: de ‘stem’ van de groep onder de loep. In P.L.B.J. Lucassen & T.C olde Hartman (Red.), Kwalitatief onderzoek: Praktische methoden voor de medische praktijk (53-64). Houten: Bohn, Stafleu & van Loghum.

Vermeerbergen, M. (2006). Past and current trends in sign language research, Language & Communication, 26(2), 168-192.

Weinberg, J. (1992). The history of the residential school for Jewish Deaf children. London: Reunion of the Jewish Deaf School Committee.

Wolfram, W. (1969). A sociolinguistic description of Detroit Negro speech. Washington, DC: Center for Applied Linguistics

Wolfram, W. (1997). Dialect in society. In F. Coulmas (Red.), The handbook of sociolinguistics (107-126). Oxford: Blackwell.

Woodward, J. (1972). Implications for sociolinguistic research among the deaf, Sign Language Studies, 1, 1-7.

Woodward, J. C. (1973). Some observations on sociolinguistic variation and American Sign Language, Kansas Journal of Sociology, 9(2), 191-200.

Woodward, J.C. & DeSantis, S. (1977). Two to one it happens: Dynamic phonology in two sign languages, Sign Language Studies, 17, 329-346.

Woodward, J.C., Erting, C. & Oliver, S. (1976). Facing and hand(l)ing variation in American Sign Language, Sign Language Studies, 10, 43-52.

Wulf, A. (1998). Gender related variation in ASL signing space. Manuscript, Gallaudet University, Washington, DC.

Zimmer, J. (1989). Toward a description of register variation in American Sign Language. In C. Lucas (Red.), The sociolinguistics of the Deaf Community (253-272). San Diego, CA: Academic Press.

 


[1] In de bibliografie van het artikel waaruit ik Meyerhoff (2006) heb gehaald, staat Meyerhoff (2006) niet vermeld. Maar ik veronderstel dat het hier om ‘Introducing Sociolinguistics’ gaat, omdat die referentie hier in de context past en omdat dat haar bekendste boek is uit 2006.

Download scriptie (4.51 MB)
Universiteit of Hogeschool
Thomas More Hogeschool
Thesis jaar
2013