Auer, P. (2005): ‘Europe’s sociolinguistic unity, or: A typology of European dialect/standard constellations.’ In: Delbeque N., J. van de Auwera & D. Geeraerts (ed.): Perspecitves on Variation. Sociolinguistic, Historical, Comparative. Mouton de Gruyter, Berlijn/New York, p.7-37.
Axters, B. (2009): Talige variatie in het Nederlands: kennis, perceptie en attitudes bij kleuters. Onuitgegeven masterscriptie. Universiteit Gent.
Bayley, R. en C. Lucas (2007): Sociolinguistic variation. Theories, methods, and applications. University Press, Cambridge
Beheydt, L. (1983): Kindertaalonderzoek. Een methodologisch handboek. Cabey, Louvain-La-Neuve.
Boogaart, R. (2007): ‘Conditionele constructies met moest(en) en mocht(en) in Belgisch-Nederlands en Nederlands-Nederlands’. In: Neerlandistiek.nl 07.05.
Debrabandere, F. (2005): ‘Het echec van de ABN-actie in Vlaanderen.’ In: Nederlands van nu 53, p.27-31.
De Caluwe, J. (2009): ‘Tussentaal wordt omgangstaal in Vlaanderen’. In: Nederlandse Taalkunde 14, p. 8-25.
De Ridder, F. (2007): Vlaamse tussentaal op televisie: een analyse van het fictieve reportageprogramma “In de gloria”. Onuitgegeven masterscriptie. Universiteit Gent.
de Schutter, G. (1994): ‘Voegwoordflexie en pronominale clitisering. Waarin Vlaams en Brabants (bijna) elkaars tegengestelden zijn.’ In: Taal en Tongval, 46, p.108-131.
de Schutter, G. (1997): ‘De imperatief in de moderne Nederlandse dialecten.’ In: Taal en Tongval, 49, p.31-57.
De Vogelaer, G. (2008): De Nederlandse en Friese subjectsmarkeerders: geografie, typologie en diachronie. Koninklijke academie voor Nederlandse taal- en letterkunde, Gent.
De Wulf, C. & J. Taeldeman (2001): ‘Apocope en insertie van –n na sjwa in de zuidelijke Nederlandse dialecten: conditionering en geografie.’ In: Taal en Tongval, themanummer 14, p. 7-51.
Geeraerts, D. (1993): ‘Postmoderne taalattitudes?’ In: Streven, 60(4), p.346-353.
Geeraerts, D. (2001): ‘Een zondagspak? Het Nederlands in Vlaanderen: gedrag, beleid, attitudes.’ In: Ons Erfdeel 44(3), p.337-344.
Goossens, J. (2000): ‘De toekomst van het Nederlands in Vlaanderen.’ In: Ons Erfdeel 43(1), p.2-12.
Jaspers, J. (2001): ‘Het Vlaamse stigma. Over tussentaal en normativiteit.’ In: Taal en Tongval 53, p.129-153.
Jaspers, J. (2006): ‘Marokkaanse jongens en het Algemeen Nederlands. Substandaardisering als sociale onderhandeling.’ In: Nederlandse Taalkunde 11(3), p. 258-285.
Kloots, H. (2007): ‘ “Allee, wat was het weer?” Het tussenwerpsel “allee” in spontaan gesproken Standaardnederlands’. In: Over Taal 46(1), p. 17-19.
Lemahieu, G. (2008): Tussentaal in spontane conversaties van Vlaamse jongvolwassenen (18- tot 24-jarigen). Onuitgegeven masterscriptie. Universiteit Gent.
Lievevrouw-Coopman, L. (1974): Gents woordenboek. Broers, Gent.
Teirlinck, I. S. (1908-1922): Zuid-Oostvlaandersch Idioticon. Siffer, Gent.
Prisma = Martin, W. & W. Smedts (2009): Prisma handwoordenboek Nederlands. Prisma woordenboeken en taaluitgaven, Houten.
Rogers, S. (1976): They don’t speak our language: essays on the language world of children and adolescents. Arnold, Londen
Romaine, S. (1984): The Language of Children and Adolescents. The acquisition of Communicative Competence. Basil Blackwell Publisher Ltd, Oxford.
Rys, K. & J. Taeldeman (2007): ‘Fonologische ingrediënten van Vlaamse tussentaal.’ In: Sandra, D., R. Rymenans, P. Cuvelier & P. Van Petegem (red.): Tussen taal, spelling en onderwijs. Essays bij het emeritaat van Frans Daems. Academia Press, Gent, p. 1-9.
Taeldeman, J. (1993): ‘Welk Nederlands voor Vlamingen?’ In: De Grauwe, L. en J. De Vos (reds.), Van sneeuwpoppen tot tasmuurtje, aspecten van de Nederlandse taal- en literatuurstudie, Spieghel Historiael, 33, p. 9-28.
Taeldeman, J. (2008): ‘Zich stabiliserende grammaticale kenmerken in Vlaamse tussentaal.’ In: Taal en Tongval 60, p. 26-50.
Vandekerckhove, R. & J. Nobels (2010): ‘Code eclecticism: Linguistic variation and code alternation in the chat language of Flemish teenagers’. In: Journal of Sociolinguistics 14(5), p.657-677.
Van Istendael, G. (1989): Het Belgisch labyrint, of de schoonheid der wanstaltigheid. De Arbeiderspers, Amsterdam.
Van Dale = Den Boon, T., D. Geeraerts & N. Van der Sijs (2005): Van Dale Groot woordenboek der Nederlandse taal. Veertiende herziene uitgave, Van Dale Lexicografie, Utrecht.
Van Gijsel, S., D. Speelman & D. Geeraerts (2008): ‘Style shifting in commercials.’ In: Journal of Pragmatics 40, p. 205-226.
Willemyns, R. & W. Vandenbussche (2007): ‘Taalverachters en Taalverkrachters? Sociolinguïsten op de beklaagdenbank.’ In: Sandra, D., R. Ryemans & P. Van Petegem (red.), Tussen taal, spelling en onderwijs. Essays bij het emeritaat van Frans Daems, Academia Press, Gent, p.23-34.
Digitale bronnen
Auman (2009): En op de zevende dag was er tussentaal. Een onderzoek naar het gebruik van de Nederlandse standaardtaal, Vlaamse tussentaal en codewisseling in De zevende dag. Onuitgegeven masterscriptie. Universiteit Gent. On-line geconsulteerd:
<http://lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/413/968/RUG01-001413968_2010_0001_AC.pdf>
e- ANS (Algemeen Nederlandse Spraakkunst): <http://www.let.ru.nl/ans/e-ans/>
Eckert, P. (2010): ‘Three Waves of Variation Study: The emergence of meaning in the study of variation’. < http://www.stanford.edu/~eckert/PDF/ThreeWavesofVariation.pdf>