Ventilator Associated Pneumonia

Nathalie
Lievens

 

Ventilator Associated Pneumonia

 

De familie is het hart van in…

 

Na wat een simpele ingreep had moeten zijn, wordt papa onverwachts opgenomen op de afdeling intensieve zorgen, slechts voor enkele dagen, zegt de dokter.

 

Na een maand ligt hij nog steeds op intensieve zorgen, zwevend tussen leven en dood… volgens de dokters een gevolg van het “fenomeen beademing”.

 

Bij gebrek aan informatie in het ziekenhuis doet de familie opzoekingen en leert tot hun grote ontsteltenis dat 30% tot 70% van de VAP-patiënten aan deze ernstige infectie overlijdt en dat met de juiste zorgen in het ziekenhuis deze infectie voorkomen had kunnen worden.

 

Een longonsteking met grote gevolgen…

 

Velen kunnen hun ervaring koppelen aan bovenstaand voorbeeld. 20 tot 30% van de patiënten ontwikkelt Ventilator Associated Pneumonia, kort VAP. VAP is vergelijkbaar met een longontsteking met het verschil dat deze “ziekenhuisinfectie ontstaat door langdurige beademing via een toestel door incorrecte handelingen van het verplegend personeel.

 

Oorzaken, risicofactoren en preventieve maatregelen

 

In sommige gevallen wordt het ontwikkelen van de infectie beïnvloed door intrinsieke eigenschappen van de patiënt zelf zoals:

  •          Leeftijd (vanaf 65 jaar meer kans)
  •          Vrouwen vormen meer risico dan mannen
  •          Eventuele voormalige longaandoening(en)

 

Andere belangrijke risicofactoren die bijdragen tot het ontwikkelen van de infectie, zijn:

  •          Het inbrengen van de tube, waardoor de mond wat open blijft staan resulteert in uitdroging van de slijmvliezen van de mond. Daarom is een  goede mondhygiëne van uiterst belang.
  •          De tube in de keel geeft een verstoord slik-en hoestreflex
  •          Immobiliteit van de patiënt is eveneens belangrijk. Een goede lichaamshouding helpt bij de preventie.
  •          Slaapmedicatie heeft zowel voor- als nadelen.
  •          Bij een noodintubatie spelen omgevingsfactoren een grote rol. Zo is er een hoger risico op bacteriën.

 

 

 

Enquête met betrekking tot de verpleegkundige handelingen bij een VAP-patiënt

 

Uit mijn enquête, verricht bij verschillende kritische diensten in diverse ziekenhuisinstellingen is gebleken dat de parate kennis van de meeste verpleegkundigen absoluut onvoldoende is. Maar liefst 5 van de 10 vragen met betrekking tot de verpleegkundige handelingen werden door de meeste verpleegkundigen foutief beantwoord!

 

Tijdige, correct diagnose en effectiviteit van de getroffen maatregelen

 

Het verrichten van correcte handelingen en het nemen van preventieve maatregelen draagt bij tot een verminderingen van het aantal VAP-patiënten. Enkele voorbeelden:

  •          De patiënt zo snel mogelijk van het beademingstoestel afkoppelen(hoe langer de patiënt beademend wordt hoe groter de kans op infectie).
  •          De beschikbare bacteriefilters te allen tijde op de beademingstoestellen plaatsten
  •          Mondhygiëne zeer nauwgezet toepassen
  •          Een goede lichaamshouding in acht nemen met name in halfzittende houding zitten, kunnen de longen beter uitzetten en krijgt de patiënt meer lucht
  •          Slaapmedicatie moet met de nodige omzichtigheid toegediend worden. Enerzijds voelt de patiënt zich comfortabeler maar anderzijds is hij niet in staat om te hoesten of te slikken waardoor er meer kans op infectie ontstaat
  •          Bij noodintubatie (verkeersongeval moet uitermate veel aandacht aan hygiëne besteed worden.) Een straat is een vuile omgeving en dus niet steriel
  •          Te allen tijde nauwkeurig wassen en ontsmetten van de handen
  •          Alerte observatie van de patiënt

 

Een alerte observatie en nauwkeurige controle van de algemene toestand van de patiënt in zijn geheel door de verpleegkundigen met daaropvolgende tijdige inschaling van een arts voorkomt verergering van de toestand.

De arts kan namelijk aan de hand van enkele tests (koortsmeting controle van het aantal witte bloedcellen, aanwezigheid van slijmen, foto van de longen) snel een diagnose stellen en de noodzakelijke behandeling onmiddellijk opstarten.

 

Meerwaarde van het onderzoek

 

Tijdens mijn onderzoek naar de effectiviteit van de preventie maatregelen heb ik een patiënt gevolgd waarbij VAP werd vastgesteld. Alle theorie werd gekoppeld aan de praktijk, de nodige maatregelen werden toegepast. Na enkele dagen werd reeds een merkelijke verbetering van de toestand van de patiënt vastgesteld.

 

Hoop

 

Met mijn enquête en gesteund door de nodige wetenschappelijke onderbouw wil ik graag zo mogelijk verpleegkundigen sensibiliseren en hen overtuigen van het enorme belang van preventie en controle van de patiënt aan het beademingstoestel.

Zodanig dat zij bij elke patiënt, altijd correcte handelingen en observatie zullen toepassen. Verder hoop ik dat de nog steeds lopende onderzoeken naar het ontstaan van VAP nog meer resultaten zullen opleveren waardoor VAP sterk verminderd zoniet volledig uitgesloten kan worden.

 

Mijn persoonlijke betrachting

 

Als verpleegkundige wil het welzijn van mijn patiënten waarborgen door hen met de best mogelijke zorgen te omringen en liefst van al op deze wijze zelfs mijn bijdrage te kunnen leveren aan het redden van kostbare mensenlevens…                                                                                  

 

Lievens Nathalie

 

Bibliografie

 

Boeken:

 

Abrahams, P. (2007). How the body Works. Londen: Amber Books.

 

Bakker, J., De Lange, B., Rommes, J.H., & Van Der Voort, P.H.J. (2005). Intensive Care: Capita Selecta. Utrecht: Venticare.

 

Cokelaere, M. (1986). Functionele anatomie van de mens: Deel 2. St. Martens-Latem: Aurelia Books.

 

Goodfield, R., & Spalding, J.M.K. (1981). Kunstmatige beademing: Gids voor verpleegkundigen. Lochem: De Tijdstroom.

 

Iazzetti, G., & Rigutti, E. (2007). Human anatomy. Cobham: TAJ Books International LLP.

 

Robinson, J., & Mevan, B. (2002). Aandoeningen van de luchtwegen. Lochem: De Tijdstroom.

 

 

Tijdschriftartikels:

 

Andrews, P., Azoulay, E., Antonelli, M., Brochard, L., Brun-Buisson, C., Dobb, G., Fagon, J.Y., Gerlach, H., Groeneveld, J., Mancebo, J., Metnitz, P., Nava, S., Pugin, J., Pinsky, M., Radermacher, P., Richard, C., & Tasker, R. (2006). Year in review in intensive care medicine, 2005. II. Infection and sepsis, ventilator-associated pneumonia, ethics, haematology and haemostasis, ICU organisation and scoring, brain injury. Intensive Care Medicine, 32, 380-390.

 

Augustyn, B. (2007). Ventilator-Associated Pneumonia: Risk Factors and Prevention. Critical Care Nurse, 27(4), 32-39.

 

Bauwens, A.M.M., & Bonten, M.J.M. (2001). Het belang van broncho-alveolaire lavage voor de diagnostiek van ventilator-geassocieerde pneumonie. Nederlands Tijdschrift voor Intensive Care, 16(1), 6-13.

 

Branson, R.D. (2005). The Ventilator Circuit and Ventilator-Associated Pneumonia. Respiratory Care, 50(6), 774-787.

 

Daubin C., Vincent, S., Vabret, A., du Cheyron, D., Ramakers, M., Freymuth, F., & Charbonneau, P. (2005). Nosocomial viral ventilator-associated pneumonia in the intensive care unit : a prospective cohort study. Intensive Care Medicine, 31, 1116-1122.

 

Ewig, S., Torres, A., El-Ebiary, M., Fabregas, N., Hernandez, C., Gonzalez, J., Nicolas, J.M., & Soto, L. (1999). Bacterial Colonization Patterns in Mechanically Ventilated Patients with Traumatic and Medical Head Injury: Incidence, Risk Factors, and Association with Ventilator-associated Pneumonia. American Journal of Respiratory and Critical Care Medicine, 159, 188-198.

 

Flanagan, P.G. (1999). Diagnosis of ventilator-associated pneumonia. Journal of Hospital Infection, 41, 87-99.

 

Hess, D.R. (2005). Patient Positioning and Ventilator-Associated Pneumonia. Respiratory Care, 50(7), 892-899.

Hess, D.R., Kallstrom, T.J., Mottram, C.D., Myers, T.R., Sorenson, H.M., & Vines, D.L. (2003). Care of the Ventilator Circuit and its Relation tot Ventilator-Associated Pneumonia. Respiratory Care, 48(9), 869-879.

 

Kirton, OC., DeHaven, B., Morgan, J., Morejon, O., & Civetta, J. (1997). A Prospective, Randomized Comparison of an in-Line Heat Moisture Exchange Filter and Heated Wire Humidifiers: Rates of Ventilator-Associated Early-Onset (Community-Acquired) or Late-Onset (Hospital-Acquired) Pneumonia and Incidence of Endotracheal Tube Occlusion. Chest, 112, 1055-1059.

 

Paepen, B. (2007). Voorkomen van Ventilator-Associated Pneumonia: Beademd en besmet. Nursing, 13(6), 36-38.

 

Ross, A., Crumpier, J. (2007). The impact of an evidence-based practice education program on the role of oral care in the prevention of ventilator-associated pneumonia. Intensive and Critical Care Nursing, 23, 132-136.

 

Salloum Zeitoum, S., Botura Leite De Barros, A.L., Diccini, S. (2003). A prospective, randomized study of ventilator-associated pneumonia in patients using a closed vs. open suction system. Journal of Clinical Nursing, 12, 484-489.

 

Simmes, F., Rensen, A., Mintjes-de Groot, J., & Voss, A. ( 2007). Mondzorg bij beademingspatiënten op de intensive care als bijdrage aan preventie van Ventilator-Associated Pneumonia: Systematische literatuurstudie naar evidence based aanbevelingen voor mondzorg bij beademingspatiënten op de intensive care ter preventie van Ventilator Associated Pneumonia. Verpleegkunde, 22(1), 19-30.

 

Smulders, K., van der Hoeven, H., Weers-Pothoff, I., & Vandenbroucke-Graule, C. (2002). A Randomized Clinical Trial of Intermittent Subglottic Secretion Drainage in Patients Receiving Mechanical Ventilation. Chest, 121, 858-862.

 

Stoller, J.K., Orens, D.K., Fatica, C., Elliot, M., Kester, L., Woods, J., Hoffman-Hogg, L., Karafa, M.T., & Arroliga, C.A. (2003). Weekly Versus Dailiy Changes of In-Line Suction Catheters: Impact on Rates of Ventilator-Associated Pneumonia and Associated Costs. Respiratory Care, 48(5), 494-499.

 

Tejerina, E., Frutos-Vivar, F., Restrepo, M.I., Anzueto, A., Abroug, F., Palizas, F., Gonzalez, M., D’Empaire, G., Apezteguia, C., & Esteban, A. (2006). Incidence, risk factors, and outcome of ventilator-associated pneumonia. Journal of Critical Care, 21, 56-65.

 

Van Beers, F. (2004). Eenvoudige interventie verbetert beademing IC-patiënten: Het effect van de 30 graden en 45 graden (halfzittende) positie op de longventilatie, longmechanica en oxygenatie bij een geîntubeerde beademingspatiënt. Kritiek, 22(4), 3-9.

 

Van der Werf, T.S., Tulleken, J.E., Ligtenberg, J.J.M., Spanjersberg, R., & Zijlstra, J.G. (2000). Ventilator-geassocieerde pneumonie. Nederlands Tijdschrift voor Intensive Care, 15(9), 160-269.

 

 

Onuitgegeven materiaal:

 

Gillis, M. (2007). Shock en beademing. Onuitgegeven cursus voor het specialisatiejaar van de Banaba-opleiding Spoedgevallen en intensieve zorgen, Katholieke Hogeschool Kempen, Departement Gezondheidszorg Lier.

 

 

Hendrickx, E. (2007). Longfysiologie en volumetherapie. Onuitgegeven cursus voor het specialisatiejaar van de Banaba-opleiding Spoedgevallen en intensieve zorgen, Katholieke Hogeschool Kempen, Departement Gezondheidszorg Lier.

 

Meersseman, P. (2007). Nieuwe technieken en evoluties in IZ. Onuitgegeven nota’s bij het Symposium voor permanente vorming 2007- 2008 “Intensieve zorg en spoedgevallenzorg”, Universitair ziekenhuis Leuven.

 

 

Elektronische publicaties:

 

Mayhall, C.G. (2001). Ventilator-Associated Pneumonia or Not? Contemporary Diagnosis. Emerging Infectious Diseases, 7(2).

Gevonden op 6 oktober 2007 op het internet:

http://www.cdc.gov/ncidod/eid/vol7no2/mayhall.htm

 

Agency for Healthcare Research and Quality. (2007). Chapter17. Prevention of Ventilator-Associated Pneumonia.

Gevonden op 6 oktober 2007 op het internet: http://www.ahrq.gov/clinic/ptsafety/chap17a.htm

 

Download scriptie (1.47 MB)
Universiteit of Hogeschool
Thomas More Hogeschool
Thesis jaar
2008